Lesdoelen groep 7-8

Kennis

"Ik  heb een brede algemene ontwikkeling"

Kennis maken met de wereld om je heen

  • Ik weet wanneer Prinsjesdag is en wat er tijdens Prinsjesdag wordt gedaan.
  • Ik weet waarom de vrouwen tijdens Prinsjesdag vaak een hoed dragen (hoedjesparade).
  • Ik ken een van de staatsvormen, een monarchie en kan uitleggen wat dit inhoudt (ook een burgerschapsdoel).
  • Ik weet dat Nederland een constitutionele monarchie is en ik weet wat dit inhoudt.
  • Ik weet wie Willem I is en wat hij voor Nederland heeft gedaan. 
  • Ik weet hoe Prinsjesdag is ontstaan.

Inzicht Denkbubbels

"Ik weet wie ik ben en wat ik wil"

Reflectie op jezelf en de wereld

  • Ik weet waarom het belangrijk is dat de hoeden tijdens Prinsjesdag nooit groter zijn dan de hoed van de koningin. (Waardebepaling)
  • Ik kan het verband opnoemen tussen de hoedjesparade en Prinsjesdag. (Verbanden leggen)
  • Ik weet welke andere tradities horen bij Prinsjesdag.
  • Ik weet het verschil tussen een republiek en een (constitutionele) monarchie. (Verbanden leggen)
  • Ik weet welk verschil er is tussen de Prinsjesdag van vroeger en van nu en wat het verschil is tussen wat de koning vroeger mocht en wat hij nu mag. (Verbanden leggen)

Vaardigheden

"Ik kan mijn kennis en inzicht toepassen in mijn leren, mijn leven en de omgang met de mensen om mij heen"

Werkvormen, toepassingen en de transfer van het geleerde naar nieuwe situatis

  • Ik kan zelf een hoedje of kroon maken (van een materiaal naar keuze). 
  • Ik kan een maatschappelijk (of politiek) statement bedenken en deze opschrijven. 
  • Ik kan een hoedje ontwerpen waarin een statement zit verwerkt.