Leermateriaal maken gaat niet vanzelf. Niet iedere leraar is ook een ontwikkelaar van leermateriaal. Om ervoor te zorgen dat er toch kwalitatief goed materiaal ontwikkeld wordt. Ontwikkelde Impuls Open Leermateriaal het ontwerpproces:
Ontwerpproces, Impuls Open Leermateriaal (downloadbare infographic):

Dit ontwerpproces beschrijft welke 8 stappen belangrijk zijn om te nemen als je leermateriaal gaat ontwikkelen
In deze fase van het ontwerpproces maak je een plan van aanpak. Hierin beschrijf je wat je gaat doen, waarom en voor wie en vooral hoe je dit gaat doen. Ons advies is om eerst na te gaan wat er al aan (open) materiaal is dat je kunt hergebruiken of aanpassen. In je plan met ontwerpeisen ga je beschrijven aan welke criteria je eindproduct moet voldoen om te slagen. Maak hierbij ook gebruik van het kwaliteitsmodel van IOL.
Je hebt aan het einde van deze fase een plan van aanpak inclusief planning waarin beschreven staat wat je wanneer gaat maken, voor wie en hoe. Ook heb je nagedacht over de gewenste vorm(geving). Beschrijf ook de fase van toepassen, dus hoe je je gemaakte leermateriaal in de lespraktijk gaat gebruiken, wat wil je zien als je het leermateriaal hebt gebruikt?
Dit is de meest uitgebreide fase van het ontwerpproces, het maken. Ook het maken van een arrangement van al bestaand materiaal, aangepast materiaal en/of nieuw materiaal hoort in deze fase thuis. Zoek eerst of er al geschikt open leermateriaal beschikbaar is dat je kunt gebruiken, bijvoorbeeld via www.wikiwijs.nl. Als het open materiaal (met de licentie CC-by of CC-by-SA) beschikbaar is, maar niet helemaal geschikt is voor jouw situatie, pas het dan aan. Is er geen geschikt materiaal vindbaar, dan kun je zelf nieuw materiaal ontwikkelen.
Bepaal vooraf onder welke licentie je je materiaal beschikbaar gaat stellen, dat stelt ook eisen aan het materiaal. Wil je je gemaakte materiaal weer open delen (dat hopen we natuurlijk wel!) dan moet je bijvoorbeeld ook rechtenvrije afbeeldingen gebruiken. Welke mogelijkheden er zijn op dit vlak staan ook in de handreiking Meer regie over je eigen lessen.
Voor het maken kun je verschillende hulpmiddelen gebruiken: inspiratie uit bestaand ander materiaal, collegiale consultatie, feedback van je leerlingen, maar inmiddels kan ook generatieve AI je flink bijstaan in het maken van leermateriaal. Hier besteden we vanuit Impuls Open Leermateriaal ook uitgebreider aandacht aan in de toolkit Leermateriaal maken met Generatieve AI.
Check of het hergebruikte of nieuw ontwikkelde leermateriaal geschikt is voor jouw doelgroep, probeer eventueel een deel van de les uit in de praktijk.
Als je leermateriaal publiceert in een database, is het van belang dat het leermateriaal goed vindbaar is, door de juiste metadata toe te voegen.
Dan begint het monnikenwerk, de redactie. Gelukkig zijn er binnen het lerarencorps veel deskundigen op dit vlak. Laat de (eind)redactie over aan een ander. Je kijkt over het algemeen gemakkelijk over je eigen gemaakte fouten heen. Een inhoudelijke redactieslag is waar je mee begint, die komt voor de tekstuele check. Je pakt de criteria uit het ontwerpplan er weer bij en bekijkt of het materiaal voldoet aan je gestelde inhoudelijke eisen. Daarnaast blijkt uit onderzoek dat leraren terughoudend kunnen zijn in het gebruiken én delen van open leermateriaal, vanwege zorgen over de kwaliteit (Schuwer & Janssen, 2018). Om de kwaliteit van leermateriaal inzichtelijk te maken, kan het daarom helpen om een kwaliteitsmodel te gebruiken, bijvoorbeeld het kwaliteitsmodel van IOL.
Veel ontwikkelaars zijn geneigd zich al in een vroeg stadium te verliezen in de vormgeving van het materiaal. Hoewel het goed is om hier vooraf al duidelijke ideeën over te hebben, vindt het daadwerkelijke vormgeven pas plaats wanneer de inhoud van het materiaal compleet, correct en geredigeerd is. Dan past beeldmateriaal echt bij de inhoud, in plaats van dat het de inhoud gaat bepalen. Houd rekening met leerlingen met beperkingen en zorg dat je vormgeving inclusief is, dus dat bijvoorbeeld tekst ook voor blinde leerlingen voor te lezen is en niet opgeslagen is als plaatje en dat je met een quiz die ook door dove leerlingen gemaakt moet kunnen worden niet alleen auditieve feedback geeft.
Binnen Wikiwijs maken kun je eenvoudig je leermateriaal beschikbaar maken voor publicatie en voeg je metadata toe. Metadata zijn de tags waarmee je je leermateriaal vindbaar maakt voor anderen, bijvoorbeeld titel, omschrijving, trefwoorden, leerniveau, vakgebied, soort leermateriaal en dergelijke. Heb je meerdere lessen? Maak dan een arrangement in Wikiwijs. Door het materiaal op de juiste wijze te publiceren en delen maken we gebruik van elkaars expertise en besparen we elkaar tijd bij het voorbereiden van onze lessen.
Dan bereik je de fase waar je het allemaal voor hebt gedaan: het gebruiken van je leermateriaal met de leerlingen. Blijf kritisch op je werk en vraag vooral ook je leerlingen om feedback. Binnen Impuls Open Leermateriaal zijn diverse pilots ook bezig met het maken van materiaal. Meer over de pilots lees je hier. Veel van deze pilots hebben hun gemaakte materiaal ook gedeeld op Wikiwijs.
Als je je materiaal hebt gedeeld dan kan het zijn dat je van anderen ook feedback krijgt, omdat zij bijvoorbeeld met jouw materiaal weer inspiratie hebben gekregen voor eigen materiaal of omdat ze er een eigen versie van hebben gemaakt. Ook kan het zijn dat je op basis van de toepassing van het materiaal in je eigen lespraktijk of de feedback van collega's of leerlingen nog weer aanpassingen wil doen. Mocht je niet meer verantwoordelijk kunnen zijn voor het leermateriaal, draag het eigenaarschap dan over aan collega's.
Tot slot is het belangrijk om het leermateriaal blijvend te laten aansluiten op de kerndoelen/eindtermen. Check regelmatig of je leermateriaal hier nog aan voldoet of dat er een aanpassing nodig is.
Deze fase staat niet op zichzelf binnen het ontwerpproces, maar keert eigenlijk bij elke fase terug. Vraag je steeds af: Ben je inderdaad de goede dingen aan het doen, en doe je de dingen goed? Uiteindelijk wil je niet uit het oog verliezen waar je het voor doet en waarom je besloten hebt om materiaal aan te passen of te maken. Het is belangrijk om te evalueren hoe het inzetten van leermateriaal heeft bijgedragen aan het behalen van de doelen en het oplossen van je vraagstuk. Hier heb je als het goed is van tevoren ook al over nagedacht. Bedenk dan ook goed hoe je gaat toetsen of het gemaakte materiaal doet wat het zou moeten doen. Toetsing is een belangrijk onderdeel van deze check. Soms volstaat een toets zoals je dit altijd deed niet meer, bijvoorbeeld omdat leerlingen ook gemerkt hebben dat AI hun huiswerk voor hen kan doen. Denk dus goed na hoe je gaat onderzoeken of de leerlingen ook daadwerkelijk geleerd hebben van je lessen.
Hierbij vragen we ook expliciet nog aandacht voor het evidence-informed werken. Op basis van welke bronnen heb jij je keuzes onderbouwd? Wat weten we bijvoorbeeld al uit onderzoek en heb je deze inzichten toegepast (zie bijvoorbeeld Toegang tot wetenschappelijke literatuur | NRO)? Zijn er praktijkervaringen van anderen die bruikbare inzichten geven? Gebruik de kennis van anderen, maar zeker ook je eigen intuïtie en ervaring, om ervoor te zorgen dat je de goede dingen doet en vooral geen dingen dubbel doet. Kijk daarnaast ook vooruit: wat heb jij in het traject geleerd, en wat kunnen anderen daar weer van leren? In hoeverre zijn jouw opgedane inzichten en ontworpen materialen relevant voor anderen, en hoe ga je dit delen met anderen?