De implementatie op schoolniveau van open leermateriaal kent twee startpunten. Het eerste startpunt is een heldere onderwijsvisie, die start bij het schoolbestuur en hier werkt de schoolleiding op door. De bestuursvisie biedt richtlijnen voor bijvoorbeeld onderwijskwaliteit, inclusie, innovatie en personeelsbeleid. De aangesloten scholen geven op basis hiervan hun eigen visie vorm. Daarin kan de school rekening houden met hun specifieke identiteit. Bijvoorbeeld gebaseerd op een specifieke onderwijsfilosofie, zoals Montessori of Dalton, of op een bepaalde levensbeschouwing. De schoolvisie wordt vervolgens omgezet in concrete plannen en acties binnen het schoolbeleid.
Visie en beleid ontstaan vanuit dialoog. Het gesprek over open leermateriaal, de waarde ervan en hoe dat uiteindelijk verankerd kan worden in visie en beleid van de school, wordt in de praktijk via verschillende aanvliegroutes gevoerd. En heel belangrijk daarbij, er is niet één manier die beter is dan de andere! Het allerbelangrijkste is dát het gesprek gevoerd wordt en wat er uitkomt, aansluit bij zowel de ambities als bij de praktijk. De ambities én de praktijk moeten helder zijn.
Om toe te werken naar een gedegen visie op leermiddelen zijn de volgende stappen essentieel:
Waarden en doelen van betrokkenen moeten geïdentificeerd worden: Hoe kan open leermateriaal de waarden en onderwijskundige doelen ondersteunen?
Redenen voor het gebruik van open leermateriaal helder krijgen en communiceren: Wat zijn ieders motieven om te werken met open leermateriaal?
Draagvlak creëren via dialoog en samenwerking: Hoe kan open leermateriaal bijdragen aan de onderwijsvraagstukken, doelen en waarden binnen de school?
Dialoogvragen op schoolniveau:
Waarom willen we open leermateriaal inzetten?
Wat willen we ermee bereiken?
Welke richtinggevende kaders hebben we vanuit het bestuur gekregen?
Wat is de (interne of externe) aanleiding voor het vormen van een visie op de inzet van open leermateriaal?
Welke doelen komen hieruit voort? Op welke manier kan de integratie van het werken met open leermateriaal bijdragen aan het realiseren van deze doelen?
Aan de realisatie van welke waarden (uit onze schoolvisie) draagt open leermateriaal bij?
Hoe integreren we open leermateriaal in onze bredere onderwijsvisie (inclusief visie op leermiddelen) en onderwijsstrategie?
Welke onderwijsprofessionals willen wij betrekken in het maken van een visie van open leermateriaal? Hoe kunnen we ook leerlingen betrekken?
Moeten vaksecties/lerarenteams een brede visie op leermiddelen ontwikkelen, waarin open leermateriaal een specifieke rol krijgt? Of focussen we ons voorlopig alleen op een visie voor open leermateriaal?
Wie gaat de vaksecties/het lerarenteam aansturen in het vormen van een visie op open leermateriaal?
Het is mogelijk deze uitkomsten van de dialogen te vertalen in een statement, maar ook om ze te vertalen in een richtinggevende uitspraak.
Tips:
begin klein en bouw voort op opgedane ervaringen;
start met concrete visie- en beleidsstatements of richtinggevende uitspraken (in plaats van een heel uitgewerkt plan);
begin met één vak of één niveau binnen de school, waarin al gewerkt wordt met open leermateriaal;
experimenteer en leer;
begin met het inzetten van bestaand open leermateriaal, voordat je overgaat tot het zelf aanpassen of maken van open leermateriaal;
schakel een expert in om dit proces te begeleiden;
verdiep je in het proces van het ontwikkelen van visie en beleid.