Methode: N.v.t.
Groep: 1/2/3
Thema: Wonen, aanpasbaar naar elk ander thema
Lesduur: 30-45 minuten
Benodigdheden:
Moeilijkheidsgraad (voor de leerkracht): Gemiddeld
Jullie gaan in een groepje van 3 à 4 leerlingen (indien gewenst onder begeleiding van twee leerlingen uit de bovenbouw) een filmpje maken over wonen (of een ander onderwerp naar keuze).
Lees ter introductie een prentenboek rond het thema voor. Zo komen al diverse woorden over het thema aan bod.
De opdracht is om een (stop-motion)video te maken over wat er gebeurt in/rond huis. Dit kan natuurlijk aangepast worden naar een ander thema. Leerlingen maken hierbij gebruik van Playmobil of andere poppetjes.
Optioneel: de verschillende ruimtes in een huis kunnen per groepje worden verdeeld. Dus één groepje bedenkt een verhaaltje in de badkamer, de volgende in de woonkamer, op zolder etc. Zelf een ruimte kiezen past beter bij de speel- en leerontwikkeling van het jonge kind. Dan is de intrinsieke motivatie hoger. Het is niet erg als niet alle ruimtes aan bod zijn gekomen. Wellicht willen ze in een volgende les wel een video maken over een van de andere ruimtes.
Een alternatief is een prentenboek of voorleesverhaal over het gekozen thema als uitgangspunt nemen.
Om leerlingen te helpen nieuwe woorden actief te gebruiken in hun filmpje, kun je per ruimte van het huis een set woordkaarten aanbieden. Zorg dan voor 3 of 4 woordkaarten. Door het aantal woordkaarten beperkt te houden, is het eenvoudiger voor de leerlingen om deze woorden ook allemaal te verwerken in hun verhaal. Als je deze werkwijze vaker toepast in de werkles, kun je het aantal woordkaarten langzaam gaan uitbreiden.
Leerlingen maken een storyboard (zie bijlage) over hun verhaal of kamer. Ze tekenen wat er in hun filmpje gebeurt.
De leerlingen bedenken welke poppetjes/andere voorwerpen ze voor hun (stop-motion)video nodig hebben.
aterialen zijn verzameld, wordt er eerst geoefend. Leerlingen zetten de poppetjes in de startpositie. In de greenscreenbox-app wordt een passende achtergrond gekozen. Hierbij kan een bovenbouwleerling ondersteunen.
- Bij stop-motion worden de poppetjes steeds een klein stukje verplaatst. Het is belangrijk te benadrukken dat ze echt kléine stapjes maken.
- Bij een normale video kunnen de poppetjes op groene stroken worden geplakt, en (buiten beeld) worden bewogen in de gewenste richting terwijl het verhaal verteld wordt.
Wanneer er voldoende geoefend is, kan de scène worden opgenomen. De poppetjes worden opnieuw op de startpositie gezet en dan worden de foto's/wordt de video gemaakt.
Wanneer de school beschikt over een PRO-account, kan na het maken van de foto's bij stop-motion ook het verhaal nog worden ingesproken. Is de video klaar, wordt deze opgeslagen en geëxporteerd. Raadpleeg hiervoor de algemene handleiding van de Greenscreenbox.
Bespreek met leerlingen: hoe ging het? Wat was makkelijk en wat was lastig?
Vonden jullie het leuk om dit te doen?
Je kunt als leerkracht het filmpje streamen op het digibord om zo aan alle leerlingen te laten zien.
Luister samen naar de teksten in de filmpjes. Zijn de woordenschatwoorden van het thema terug te horen in de filmpjes? Welke woorden zijn er gebruikt? Zijn de woorden bij alle leerlingen inmiddels bekend? Hoe vond je het om deze woorden te moeten gebruiken in je filmpje?
Handleiding Greenscreenbox App
Datum publicatie: maart 2025