Eenheden van snelheid

Als je het hebt over snelheid, zijn er twee eenheden die je vaak tegenkomt:

Kilometer per uur (km/uur), dit zie je bijvoorbeeld op een verkeersbord. Voorbeeld: ‘Maximale snelheid: 50 km/uur’
Meter per seconde (m/s), dit zie je bijvoorbeeld terug bij natuurkunde of andere berekeningen. Voorbeeld: ‘De robot beweegt 2,5 m/s’

Waarom zijn er twee eenheden?
In het dagelijks leven gebruiken we meestal km/uur. Maar in de wetenschap en bij nauwkeurige metingen is m/s handiger. Denk hier aan bij experimenten of bepaalde sportwedstrijden.

Daarom is het verstandig om goed te kunnen omrekenen met deze twee eenheden.
Om makkelijk en snel te kunnen omrekenen van m/s naar km/uur of andersom, kun je het volgende schema gebruiken:

Van...	Naar...	Wat doe je?
m/s	km/uur	× 3,6
km/uur	m/s	: 3,6

Voorbeeld 1.
5 m/s = 5 x 3,6 = 18 km/uur
Je wil van m/s naar km/uur, dus moet je vermenigvuldigen met 3,6.

Voorbeeld 2.
36 km/uur = 36 : 3,6 = 10 m/s
Je wil van km/uur naar m/s, dus moet je delen door 3,6.

Je hebt deze twee eenheden vaak nodig bij opdrachten en toetsen, maar ook in het echte leven.
Zorg dus dat je dit schema goed in je hoofd hebt zitten.