Sociale ongelijkheid in Nederland

In Nederland is de sociale ongelijkheid klein. Wij hebben namelijk geen extreem arme mensen die in zelfbouwijken wonen. De overheid probeert hiermee namelijk te helpen door geld te geven aan mensen die het nodig hebben. Toch zijn er in Nederland verschillen in rijkdom. Door een verschil in opleidingsniveau, lage uitkeringen en werkloosheid heeft niet iedereen evenveel te besteden. Opleidingsniveau geeft een verschil inkomen doordat je voor sommige baan een lastigere opleiding nodig heb, maar dan verdien je vaak ook meer. Als je werkloos ben,  wat betekent dat je momenteel niet werkt omdat je ontslagen bent bijvoobeeld, krijg je vaak een uitkering van de overheid. De uitkeringen zijn genoeg voor bassisbehoeftes zoals eten, drinken en onderdak. Deze bassisbehoeftes zijn in Nederland erg belangrijk. De uitkeringen worden dus zo berekend dat je daar genoeg voor hebt. Alleen is er niets of niet veel over om bijvoorbeeld op vakantie gaan of te sparen. Ook als jou opa en oma met pensioen zijn krijgen die een uitkering, deze uitkering heet een ouderdomsuitkering (AOW, Algemene Ouderdoms Wet). Een ouderdomsuitkering kan je krijgen vanaf 67 jaar.

Degene die op het bankje ligt is dakloos, als je dit weet hoe zie je dan sociale ongelijkheid terug op de foto?