Na 1815 werd Nederland een koninkrijk met Willem I als koning. Hij speelde een belangrijke rol in het economisch herstel, maar zijn autoritaire stijl stuitte op weerstand. De rijke elite had veel invloed op het bestuur en beleid. Problemen zoals economische ongelijkheid en onvrede bij de burgerij leidden tot spanningen. In 1848 werd onder druk van revoluties in Europa de macht van de koning beperkt, en kwam er een grondwet met meer invloed voor het parlement.