Oefentoets

Oefentoets Hoofdstuk 3: Nederland in de 19e Eeuw

Tijd: 30 minuten


Bron 1

(Uit de paragraaf 3.3)
"Veel arbeiders werkten lange dagen in fabrieken. Ze ontvingen lage lonen en moesten vaak in gevaarlijke omstandigheden werken. Vakbonden werden opgericht om te strijden voor betere lonen, kortere werktijden en veiliger werkomstandigheden. Ook werd in 1874 de eerste sociale wet ingevoerd, de Kinderwet van Van Houten, die kinderarbeid beperkte."


Meerkeuzevragen (10 punten)

  1. Wie was koning Willem I?
    A. De eerste koning van Nederland die vrijwillig zijn macht afstond
    B. De koning die het cultuurstelsel invoerde
    C. De eerste koning van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden
    D. De koning die de eerste sociale wet invoerde

  2. Wat betekende het cultuurstelsel voor boeren in Nederlands-Indiƫ?
    A. Ze mochten vrij kiezen welke gewassen ze verbouwden
    B. Ze moesten een deel van hun grond gebruiken voor producten die naar Nederland geƫxporteerd werden
    C. Ze werden verplicht te werken in fabrieken in Europa
    D. Het stelsel verbood het verbouwen van rijst

  3. Wat was het belangrijkste doel van vakbonden?
    A. Het uitbreiden van kolonies
    B. Het verbeteren van de rechten van arbeiders
    C. Het bouwen van fabrieken
    D. Het ondersteunen van de koning

  4. Wat was een wereldtentoonstelling?
    A. Een tentoonstelling om de rijkdom van koninklijke families te tonen
    B. Een bijeenkomst van vakbonden uit verschillende landen
    C. Een internationale tentoonstelling om technologische en culturele prestaties te laten zien
    D. Een tentoonstelling over de geschiedenis van Europa

  5. Welk van de volgende begrippen heeft te maken met nationale trots?
    A. Urbanisatie
    B. Wereldtentoonstelling
    C. Vakbond
    D. Kinderarbeid


Open vragen (20 punten)

  1. Gebruik Bron 1.

  2. Beschrijf in je eigen woorden wat het cultuurstelsel was en noem twee gevolgen ervan.

  3. Wat is het verschil tussen de manier waarop nationale trots werd getoond tijdens wereldtentoonstellingen en hoe vakbonden nationale trots zagen?

  4. Noem drie technologische uitvindingen uit de 19e eeuw die het dagelijks leven veranderden, en leg kort uit waarom ze belangrijk waren.

  5. Schrijf een korte brief (4-5 zinnen) vanuit het perspectief van een Nederlands-Indische boer die onder het cultuurstelsel werkt. Beschrijf je situatie en hoe je je voelt over de Nederlandse overheersing.