De maker is diegene die het werk gemaakt heeft. Dus de schrijver van een boek, de fotograaf die een foto gemaakt heeft, de architect die een gebouw ontworpen heeft, de componist van een muziekstuk.
In principe heeft de maker het auteursrecht, en daarmee het recht om het te beslissen wat er met het werk gebeurt.
Maar: er zijn veel gevallen waarbij de maker niet het auteursrecht heeft!
Vaak zijn er andere afspraken over gemaakt, waardoor het auteursrecht (gedeeltelijk) bij iemand anders ligt. Bijvoorbeeld als je werken maakt als onderdeel van betaalde arbeid; dan heb jij als maker niet het auteursrecht, maar je werkgever!
Dus als bv een fotograaf in het kader van een betaalde opdracht een foto maakt, kan het auteursrecht op die foto bij de opdrachtgever liggen. Als je als docent lesmateriaal maakt voor je onderwijs, ligt het auteursrecht op dat materiaal bij je werkgever.
Soms wordt auteursrecht gedeeltelijk overgedragen. Dit komt bv. veel voor bij het publiceren van artikelen in tijdschriften; vaak trekt de uitgever van het tijdschrift bepaalde auteursrechten dan naar zich toe.
Auteursrecht vervalt 70 jaar na overlijden van de maker. In het geval dat die maker niet de auteursrechthebbende is, vervalt het auteursrecht 70 jaar na publicatie van het werk.
Meer hierover in hoofdstuk 2: Makers in het hbo.