Wat moeten de leerlingen al kunnen of kennen met betrekking tot het halen van het lesdoel(en)?
De beginsituatie is het startpunt van je lesontwerp. Het beschrijft de situatie waarin de leerlingen zich bevinden voordat de les begint, en geeft aan wat de leerlingen al weten, kunnen en eventueel nog moeten leren. Dit helpt je om de les goed aan te sluiten bij het huidige niveau van de leerlingen.
Onderwijsbehoefte verwijst naar de specifieke ondersteuning, aanpassingen of hulpmiddelen die een leerling nodig heeft om optimaal te kunnen leren en zich te ontwikkelen.
De onderwijsbehoefte kan betrekking hebben op diverse aspecten van het onderwijs, zoals: de instructie, de leerstof, de leertijd, de feedback, de werkvormen, de motivatie of de leeromgeving.
Het is belangrijk om aan te sluiten bij de leefwereld van de leerlingen en te beschrijven (Persoonlijke kenmerken leerlingen)
Het gaat om 20 leerlingen uit klas 3BB (9 meisjes en 11 jongen met de leeftijd 14-15 jaar) die de les officieel taalgebruik gaan volgen. De leerlingen hebben een normaal ontwikkelniveau en kunnen goed meekomen met de leerstof die ze krijgen. De kinderen beschikken nog niet over de voorkennis van ‘Officieel taalgebruik’.
De leerlingen vinden het lastig om erg lang te luisteren en concentratie te houden. Het is van belang dat je ze dus bij de les betrekt en je instructie kort maar krachtig houdt. Je kan zo bijvoorbeeld vragen aan ze stellen om ze betrokken te houden. Denk aan vragen zoals: ‘Wat denk je dat officieel taalgebruik is?’, of ‘Wie weet de betekenis van dit woord?’ etc.