Demonstratie

10 minuten - klassikaal

Je ruikt met je neus en de stof die je ruikt is meestal een gas. Stel de vraag: ‘Hoe komt het dat je de geur van een kop koffie die op het bureau staat, na een tijdje ook aan de andere kant van de klas ruikt?’

Spuit met parfum of luchtverfrisser op een plek in de klas. Vraag aan de leerlingen om hun vinger in de lucht te steken zodra ze de geur ruiken. De leerlingen die vlakbij zitten zullen het eerder ruiken dan leerlingen die verder van het startpunt van de geur vandaan zitten. De geur verspreidt zich, dit proces heet diffusie. Een scheet verspreidt zich bijvoorbeeld ook. De beweging van de lucht in de klas, bijvoorbeeld tocht en temperatuur, hebben invloed op diffusie.

Laat de interactive Wie ruikt de stank als eerste zien, via deze link of via de interactive hieronder:

 

Concludeer

Kom terug op de voorbeelden die de leerlingen hebben opgeschreven op werkblad 1. Laat de leerlingen erachter schrijven hoe de geuren worden verspreid. Bijvoorbeeld, een verstuiver verspreidt de geur als je erop drukt en oliestokjes verspreiden de geurende olie door het op te nemen en het oppervlak te vergroten waarop de olie kan verdampen.