Duurzaamheid: Het model benadrukt het belang van ecologische duurzaamheid. Het erkent dat de aarde grenzen heeft aan wat deze kan dragen, zoals de beschikbare natuurlijke hulpbronnen en het vermogen van de planeet om vervuiling te absorberen.
Gelijkheid: Het model legt de nadruk op sociale rechtvaardigheid. De binnenste cirkel symboliseert de basisbehoeften die voor iedereen toegankelijk moeten zijn, en de focus ligt op het verminderen van ongelijkheid.
Ecologische grenzen: De buitenste cirkel vertegenwoordigt de ecologische grenzen waarbinnen de samenleving zich moet bewegen. Het model is gebaseerd op wetenschappelijke inzichten over wat ecologisch verantwoord is, zoals het beperken van CO2-uitstoot, het behoud van biodiversiteit, en het beheer van watervoorraden.
Sociaal fundament: Het model is gebaseerd op het idee dat er basisbehoeften zijn die niet alleen financieel, maar ook sociaal en ethisch vervuld moeten worden. Dit betreft onder andere toegang tot gezondheidszorg, onderwijs, en een leefbaar inkomen.
Verantwoordelijkheid naar toekomstige generaties: Het donutmodel moedigt aan om niet alleen naar de huidige situatie te kijken, maar ook naar de lange termijn impact van economische en maatschappelijke keuzes.
Collectieve welvaart: Het model stelt dat welvaart niet alleen gemeten moet worden door economische groei of het bruto binnenlands product (bbp), maar door de collectieve toestand van zowel het sociale als ecologische welzijn.
De economische transitie: Het donutmodel roept op tot een transitie in de manier waarop we economieën organiseren. Het pleit voor een paradigma waarin groei niet het enige doel is, maar waarin zowel de ecologische als de sociale dimensie centraal staan.