Variabelen worden veel gebruikt door programmeurs.
Een variabele is een stukje informatie bijvoorbeeld een hoek en een snelheid waar je een waarde aan koppelt.
Om een nieuwe variabele aan te maken gebruik je “var” gevolgd door de variabelenaam en een waarde.
Bijvoorbeeld:
var angle = 15°
var speed = 10
Het = teken stelt de waarde van de variabele in.
Je kan variabelen veranderen door een nieuwe waarde achter het = teken te zetten
bijvoorbeeld
var angle = 15°
angle = 20°
nu is de hoek van 15 graden naar 20 graden gegaan, je hoeft niet meer 'var' er voor te zetten omdat de variabele al is aangemaakt.
Ook kan je gebruik maken van +(plus), -(min), *(keer) en /(delen door) om een nieuwe waarde aan de variabele te hangen, zoals:
speed = speed + 1 dit geeft speed = 11
speed = speed *2 dit geeft speed = 20