Verdieping - Bartholomeus van der Helst en de rol van de adel

Bartholomeus van der Helst

Frans Banninck Cocq was onder de indruk van het werk van Bartholomeus van der Helst. Voor de opdracht voor het schilderen van het schuttersstuk van zijn compagnie ging zijn voorkeur dan ook uit naar deze schilder. Van der Helst kreeg de opdracht uiteindelijk niet. Toch heeft Van der Helst wel een ander schuttersstuk voor de zaal van de Kloveniersdoelen geschilderd: Schutters van wijk VIII in Amsterdam onder leiding van kapitein Roelof Bicker.
 

Schutters van wijk VIII in Amsterdam onder leiding van kapitein Roelof Bicker, Bartholomeus van der Helst, geschilderd tussen 1640-1643.
Alle namen van de personen op dit werk zijn bekend, behalve van de jongen met de rode mantel in het midden. Hij is de bediende van de man naast hem met een staf in zijn hand.
Toch is dit niet het bekendste werk dat Van der Helst heeft geschilderd. Een paar jaar later, in 1648, schildert hij de Schuttersmaaltijd ter viering van de Vrede van Münster.

 

Schuttersmaaltijd ter viering van de Vrede van Münster, Bartholomeus van der Helst, 1648.
Het is feest. De aanleiding is de Vrede van Münster, het einde van de oorlog met Spanje. Afgebeeld is een maaltijd tijdens de schietwedstrijd die ter ere van de overwinning werd georganiseerd. De aanvoerders van de schutterij schudden elkaar de hand als teken van vrede, de drinkhoorn gaat rond. De gewapende macht van Amsterdam is blij dat de wapens voortaan rusten, zo blijkt uit het gedicht op de trommel. Door het raam is de Singel in Amsterdam te zien.

 

Adel door de eeuwen heen

In de Middeleeuwen speelde de adel een dominante rol in de Nederlandse samenleving. De adel bestond voornamelijk uit edelen die land bezaten en politieke macht uitoefenden. Hun macht was gebaseerd op het feodale systeem, waarin zij land leenden van de vorst in ruil voor militaire en politieke steun. Ze vormden een aristocratische klasse die privileges genoot zoals belastingvrijstellingen, het recht om rechtspraak uit te oefenen en het recht om troepen te mobiliseren.

In de 17de eeuw – de Gouden Eeuw - was er in Nederland sprake van een economische en culturele bloei. De rol van de adel veranderde geleidelijk. De opkomst van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden bracht een verschuiving in macht met zich mee, van de traditionele adellijke elite naar kooplieden en regenten uit de steden. Hoewel de adel nog invloedrijk was, begonnen stedelijke elites een grotere rol te spelen in de politiek en de economie. De rijkdom die voortkwam uit handel en nijverheid zorgde voor nieuwe centra van macht, waardoor de invloed van de traditionele aristocratie afnam.
In de 18de en 19de eeuw veranderde de politieke en sociale structuren in Nederland. Oude feodale privileges werden afgeschaft, waardoor de traditionele machtspositie van de adel werd verzwakt. Door de invoering van de Bataafse Republiek en later het Koninkrijk der Nederlanden vonden er constitutionele hervormingen plaats die de macht van de adel verder beperkten ten gunste van een meer democratisch systeem.
In de 20ste en 21ste eeuw verloor de adel veel van haar politieke en economische invloed. Haar rol werd meer symbolisch en cultureel, hoewel sommige adellijke families nog steeds aanzien genieten en betrokken zijn bij maatschappelijke activiteiten.