Zowel Willem van Ruytenburch als Rembrandt van Rijn waren fervente liefhebbers van toneel. Ze waren regelmatig te vinden in de schouwburg van Van Campen. De schouwburg van Van Campen was de eerste stadsschouwburg van Amsterdam. Deze schouwburg gelegen aan de Keizersgracht werd in 1637 voltooid.
Bij een bezoek aan de schouwburg bracht Rembrandt altijd zijn schetsblok mee. Hij maakte levendige schetsen van wat hij zag gebeuren op het toneel.
![]() |
|
Deze schetsen maakte Rembrandt van de acteur Willem Bartholsz Ruyter.
Willem Bartholsz Ruyter (1587-1639) was een befaamd acteur in Amsterdam. De tekening links toont hem als koning Ahasverus, die zojuist van zijn Joodse vrouw Esther heeft gehoord dat zijn vertrouweling Haman de dood van alle Joden heeft bevolen. In de tweede studie draagt hij het kostuum van een boerenpummel die de centrale figuur was in populaire kluchten, ofwel ‘boertigheden’.
Willem van Ruytenburch hoopte dat Rembrandt deze levendigheid ook zou toepassen in De Nachtwacht. Hij wilde zo goed mogelijk op het schilderij komen te staan, waarvoor hij dan ook het aanzienlijke bedrag van 370 gulden betaalde.