Docenten kunnen opdrachten op verschillende manieren gebruiken om de beroepscontext de klas in te halen. Ze kunnen bijvoorbeeld een op het werk gebaseerde context gebruiken voor een natuurwetenschappelijke of wiskundige opdracht, hetgeen vaak gezien wordt als motiverend voor leerlingen, maar niet noodzakelijk authentiek hoeft te zijn. Het heeft echter het extra voordeel dat het de bewustwording van de leerlingen over het belang van natuurwetenschappen en wiskunde op de werkvloer verhoogd. Dit deel van de toolkit bevat drie tools. De eerste twee houden zijn gerelateerd aan vijf van de opdrachten in de MaSciL-database, en de derde biedt hulp bij het ontwerpen van opdrachten.
Tool: Opdrachten verbinden aan de beroepscontext
Deze tool introduceert vijf voorbeeldopdrachten die wiskunde verbinden aan de beroepscontext waarbij gebruik gemaakt wordt van verschillende soorten benaderingen. Deze tool biedt de gelegenheid om die verschillende manieren waarop de verbinding met de beroepscontext wordt gelegd te verkennen. Dit roept waarschijnlijk vragen op die verder verkend kunnen worden met behulp van de andere twee tools bij dit onderwerp (WC-2 en WC-3). Deel de vijf opdrachten ter voorbereiding uit aan de groep, zodat de docenten deze voorafgaand aan de bijeenkomst kunnen doornemen.
Tool: Opdrachten gebruiken die verbonden zijn aan de beroepscontext
Deze tool helpt docenten om de vijf opdrachten die het leren verbinden aan de beroepscontext kritisch te waarderen. Voortbordurend op hun discussie verkennen de docenten de mogelijke impact op het leren bij het gebruik van deze opdrachten
Universiteit Utrecht