Leerdoelen paragraaf 3
- je weet welke symbolen horen bij de volgende onderdelen: spanningsbron, schakelaar, draad, lamp
- je kan een schakelschema tekenen als je weet hoe e stroomkring er uit moet zien
- je weet wat een serieschakeling is en kan er een tekenen
- je weet wat een parallelschakeling is en kan er een tekenen
- je weet wat de voordelen zijn van een parallelschakeling