Het principe van een elektromagnetisch log berust op de zogenaamde Lorentzkracht.
Een bewegend geladen deeltje in een magneetveld ondervindt een kracht loodrecht op de bewegingsrichting én loodrecht op het magnetische veld.
Als het schip vaart loopt zullen de waterdeeltjes onder het schip door stromen en dus een tegengestelde richting ten opzichte van de sensor hebben.
Veel waterdeeltjes zijn elektrisch geladen: geïoniseerd. (Kan zowel + als - zijn)
De - geladen ionen lijken een stroom te veroorzaken die naar het achterschip loopt en de + ionen een stroom die naar het voorschip stroomt.
Door nu zelf op elektronische wijze een magnetisch veld onder het schip op te wekken dat loodrecht op de vaarrichting staat zullen de Lorentzkrachten op de ionen gaan werken.
Daardoor worden de + en - ionen van elkaar gescheiden.
Net als in een accu: daar zijn de + en - ionen ook van elkaar gescheiden.
Maar sluit je er iets op aan dan gaan de ionen stromen en ontstaat er een spanningsverschil in de accu tussen de + en de - pool.
Op het EM log doen we het andersom en sluiten we een stroombron aan en gaat er dus een stroom lopen tussen de + en - ionen in het water.
Het spanningsverschil dat ontstaat kunnen we meten.
Hoe sneller het schip vaart, hoe groter het spanningsverschil.
(Immers, er stromen meer ionen langs.)
Door dit gemeten spanningsverschil kun je de vaart bepalen.