In deze basismodule van natuur- en scheikunde, behandelen we vooral de basis van onze realiteit, namelijk, de materie. Wat is materie, hoe is deze opgebouwd en hoe kunnen we materie meten, zijn de belangrijkste vragen die we ons stellen tijdens deze lessenreeks.
Elke stof en elk materiaal bestaan uit hele kleine deeltjes ook wel moleculen (zie afbeelding 1) genoemd. Deze bestaan uit twee of meer atomen. Atomen bestaan weer uit elektronen, protonen en nog kleinere deeltjes, de quarks (afbeelding 2).
Moleculen zitten niet overal even dicht bij elkaar en zijn ook niet allemaal hetzelfde.
In de ene stof zitten ze dichter bij elkaar (of hebben andere verbindingen en dus grootte) dan in een andere stof.
Dit verschijnsel noemen we de: dichtheid. Dichtheid is een grootheid. Deze wordt uitgedrukt in de Griekse letter ρ (Rho).
Doelen module deel 1 (Massa, volume en dichtheid):
Je begrijpt het verschil tussen natuurkunde, scheikunde en biologie en kunt deze ook toelichten.
Je weet wat grootheden en eenheden zijn en kunt hun functie uitleggen.
Je weet het verschil tussen volume en massa en de verschillende manieren om deze nauwkeurig te meten.
Je weet wat een formule is en kunt deze beschrijven.
Je weet wat dichtheid is en kunt deze berekenen met een formule ρ = m/V.
Bekijk dit filmpje en beantwoord de vraag hieronder.

Afbeelding 1: Zout molecuul wat bestaat uit Natrium en Chloride en de manier waarop deze moleculen bij elkaar zitten om zoutkristallen/materie te vormen.

Afbeelding 2: Steeds kleiner inzoomen op materie, die bestaat uit moleculen; moleculen die bestaan uit atomen; atomen die verdeeld worden in atoom kern waarin protonen en elektronen zich bevinden; deze bestaan uit nog kleinere deeltjes, de quarks