Beschouwing v.s Betoog
Beschouwing
Een beschouwing is een tekst waarin de lezer de kans krijgt om zelf een mening te vormen. De schrijver belicht een probleem of een vraagstuk van verschillende kanten op een objectieve manier. De schrijver zet de lezer dus aan het denken zonder zelf zijn mening te geven. Het doel is de lezer te laten nadenken over een onderwerp.
Betoog
In een betoog geef je als schrijver wél je mening in een antwoord of conclusie: als schrijver wil je met jouw argumentatie de lezer overtuigen. Met argumenten probeert de schrijver de lezer te overtuigen van zijn mening.
Herhaling:
Bij het beoordelen van de argumentatie in een tekst, moet je kijken naar de aanvaardbaarheid van de argumentatie. Argumenten zijn meestal bedoeld om te overtuigen, soms worden ze ter overweging aangeboden (zoals bij een beschouwing).
Hieronder volgt een herhaling van de thoerie. Je kunt hier meer over lezen in je examenbundel. Zie hiervoor het kopje 'Schrijven: theorie en oefenen'.
Argumenten komen voor in betogende teksten (of tekstgedeelten), maar ook in beschouwende teksten (of tekstgedeelten).
Voordat een betoog op aanvaardbaarheid beoordeeld kan worden, moet de argumentatie in kaart worden gebracht:
Argumentatie is aanvaardbaar als de argumenten
Als het argument een waarderende uitspraak is, is het een aanvaardbaar argument wanneer het in overeenstemming is met de kennis en de opvattingen van de lezer.
Als het argument een feitelijke uitspraak is, is het argument aanvaardbaar voor de lezer als het
Een bron is betrouwbaar als deze
Als een standpunt aannemelijker wordt door een argument, dan is dat argument relevant. Als er een drogreden wordt gebruikt, is dat geen relevant argument.
Argumentatie is consistent wanneer de geleverde argumenten elkaar niet tegenspreken.
Argumentatie is toereikend (voldoende) wanneer de argumenten samen het standpunt aanvaardbaar maken.