3.3 Uitgaven van een huishouden

Ieder huishouden heeft andere uitgaven. Een gepensioneerde man heeft andere uitgaven dan een vader met twee kinderen. En zo'n eenoudergezin geeft geld weer aan andere dingen uit dan een werkend stel zonder kinderen. Verschillende factoren hebben invloed op waar je geld aan uitgeeft:

 

Als huishouden geef je geld uit aan allerlei producten. We hebben eerder al geleerd dat je producten in verschillende categorieën kunt indelen (primair/secondair, verbruik/gebruik, goed/dienst). Bij uitgaven is het ook belangrijk om te kijken hoe vaak je die doet: per dag, week, maand, kwartaal of jaar. Om uitgaven te kunnen vergelijken, wil je ze dan omrekenen naar dezelfde periode. Onderstaand figuur helpt je daarbij.

 

 

 

Opdracht 1

In de tabel hieronder zie je de uitgaven van jongeren. Let op dat sommige cijfers over percentages (%) gaan en andere cijfers over euro's (€). Bekijk de tabel en maak daarna de vragen van opdracht 1.

 

Opdracht 2

In de tabel hieronder zie je de consumptieve bestedingen van huishoudens. Consumptieve bestedingen is een ander woord voor uitgaven. Let op dat bovenaan in euro's (€) het totaal van alle uitgaven bij elkaar opgeteld staat en daaronder in procenten (%) hoeveel van dat totaal aan verschillende soorten producten wordt uitgegeven. Bekijk de tabel en maak daarna de vragen van opdracht 2.