Vanaf schooljaar 2023-2024 is het project voortgezet met subsidie van het groeifonds Impuls Open leermateriaal (IOL). Met de beschikbare middelen van IOL kan tijd vrijgemaakt worden voor het ontwikkelen, testen, publiceren en verspreiden van het materiaal. Voor de verspreiding worden lezingen en workshops gegeven, er worden berichten geplaatst op de socials en er wordt een nieuwsbrief gestuurd in het netwerk.
Het materiaal is geschikt voor losse lessen of lessenseries. Uiteindelijk zal het materiaal een groot deel van het curriculum afdekken.Tot nu toe is alleen voor havo/vwo materiaal ontwikkeld, de komende tijd wordt verkend of de aanpak geschikt is voor vmbo en eventueel mbo.
De projectorganisatie
Centraal in het project staat de groep docenten die samen aan de slag zijn met materiaal in de professionele leergemeenschap, de PLG. Een team zorgt voor de projectsturing en communicatie naar de doelgroep. Daarnaast is wijdere kring van docenten en organisaties betrokken in het netwerk rond Modeldidactiek.
Docenten kunnen ook incidenteel aansluiten bij de bijeenkomsten van de PLG en daarmee kennis en ervaringen opdoen.
Ontwikkelen en ervaringen uitwisselen in de PLG
De PLG bestaat uit een kernteam van docenten die taakruimte hebben voor het ontwikkelwerk en docenten die alleen hun professionaliseringstijd inzetten. De deelnemende docenten ontwikkelen niet alleen vakdidactische kennis, maar ook vakkennis.
In 2023-2024 is de groep drie keer fysiek bij elkaar gekomen en er is een tweedaagse cursus gegeven door AMTA trainer Mark Lattery. Inmiddels zijn ca 15 lesactiviteiten gepubliceerd, een aantal andere zijn bijna klaar. In de bijeenkomsten worden ook regelmatig leerlingen uitgenodigd om met hen de ervaringen met de didactiek te bespreken.
Voor schooljaar 2024-2025 is de groep docenten met extra tijd voor het project uitgebreid tot acht. Er zal verder gewerkt worden aan verbetering en uitbreiding van het materiaal en achtergronddocumentatie. Uiteindelijk zal het materiaal een groot deel van het curriculum afdekken. Ook wordt de effectiviteit van het materiaal onderzocht, daarvoor wordt komend jaar geƫxperimenteerd met de RTOP observatie. Verder zal er tijd gestoken worden in het informeren van docenten in het land over deze didactiek, onder andere door lezingen en workshops. Ook zal worden gekeken naar de afstemming met andere projecten, bijvoorbeeld op het gebied van vakoverstijgend rekenen.