Een gigantische ijskap die kilometers dik is en zich uitstrekt over een enorm gebied. Hoe weten we eigenlijk hoe dik dat ijs precies is?
In deze opdracht gaan we dieper in op de methoden die wetenschappers gebruiken om de dikte van ijskappen te meten. Maar voordat we beginnen, moeten we nadenken over welke gegevens we nodig hebben. Denk bijvoorbeeld aan de oppervlakte van het ijs, hoe snel het smelt en de temperatuur erboven en eronder. Ook gebruiken wetenschappers speciale instrumenten en technieken om deze metingen zo nauwkeurig mogelijk te doen.
Het klinkt misschien als sciencefiction, maar wetenschappers hebben daadwerkelijk de mogelijkheid om "door het ijs te kijken" met behulp van satelliettechnologie. Hoe werkt dit precies?
Satellieten die rond de aarde draaien, kunnen speciale radarsignalen uitzenden. Wanneer deze signalen de aarde bereiken en met name het ijs van Groenland raken, worden ze gedeeltelijk geabsorbeerd en gedeeltelijk teruggekaatst naar de satelliet. Dit fenomeen heet radar-echo. Door de manier waarop de radarsignalen worden teruggekaatst, kunnen wetenschappers onderscheid maken tussen ijs en de onderliggende rots. Gesteente reflecteert het signaal namelijk anders dan ijs. Dit betekent dat als het radarsignaal een harde ondergrond zoals gesteente raakt, de terugkaatsing sterker zal zijn dan wanneer het alleen ijs raakt.
Met deze technologie kunnen wetenschappers dus bepalen waar en hoe diep het gesteente onder de ijskap ligt, zonder ooit fysiek naar die plek te hoeven gaan.
We gaan nu zelf kijken of we de ijsdikte ook kunnen berekenen, net zoals de wetenschappers dat doen.