Stap 3: Tropische orkanen en windhozen

Tropische orkanen

Tropische orkanen, ook wel hurricanes genoemd in het Caribisch gebied, zijn grote tropische weersystemen waarbij de windsnelheden hoger zijn dan windkracht 12 op de schaal van Beaufort (zie bron 22).


Bron 22: Schaal van Beaufort

Tropische orkanen ontstaan in gebieden waar het zeewater boven de 27 °C is en die op voldoende afstand van de evenaar liggen. Zonder het draaien van de aarde, en het daardoor veroorzaakte Corioliseffect, zouden orkanen niet kunnen ontstaan. Het Corioliseffect is maximaal bij de polen en is minimaal bij de evenaar. Op het noordelijk halfrond, waar de wind een afwijking heeft naar rechts, bewegen lagedrukgebieden tegen de klok in. Op het zuidelijk halfrond, heeft de wind een afwijking naar links en bewegen lagedrukgebieden dus met de klok mee. Pas vanaf 5 °NB/ZB is er genoeg draaiing van de aarde voor het ontstaan van orkanen. Orkanen komen hoofdzakelijk voor tussen de 5e en 30e breedtegraad (zie bron 23). Op een lagere breedte is de draaiing van de aarde niet sterk genoeg, boven de 30e breedtegraad is de temperatuur van het zeewater over het algemeen te laag.


Bron 23: Locaties tropische orkanen

In bron 24 en 25 is te zien hoe orkanen ontstaan. Het begint als gevolg van de sterke verdamping bij warm zeewater. De lucht verdampt en stijgt op. Bij het opstijgen koelt de lucht af en worden er wolken gevormd. Naarmate er meer lucht verdampt en condenseert, ontstaan er meer wolken en wordt er langzaam een storm gevormd. De warmte die vrijkomt bij het condenseren zorgt ook weer voor meer energie om een storm te vormen. Dit wordt ook wel een positieve terugkoppeling genoemd, een zichzelf versterkend effect. Aan de grond ontstaat een sterker lagedrukgebied, en er komt meer wind. Door de draaiing van de aarde gaat de storm ook draaien. In eerste instantie ontstaat een tropische depressie. Een tropische depressie kenmerkt zich doordat zijn kern van onder tot boven gevuld is met warmere lucht dan de omgeving.

Kijk voor meer informatie naar deze uitleg:



Bron 24: De basis voor een orkaan

De meeste orkanen die naar het Caribisch gebied trekken ontstaan als tropische depressies voor de kust van Afrika. Met de noordoostpassaat worden deze tropische depressies meegevoerd richting het Caribisch gebied. Als de lucht vochtig genoeg is, kunnen er zware onweersbuien ontstaan en kan een depressie uitgroeien tot een tropische storm. Er is dan wel een lagedrukgebied met stevige wind, maar nog geen orkaan. Ook moet er voldoende windschering zijn. Dat houdt in dat de wind op verschillende hoogtes verschilt van kracht en richting. Hierdoor kan de storm nog sterker worden en kan er een orkaan ontstaan.


(Klik op de afbeelding voor een leesbare versie van de bron)
Bron 25: Kenmerken van een orkaan


Het opvallendste kenmerk van de orkaan is het oog. Het oog is goed te zien op een satellietfoto als een plek zonder wolken (zie bron 25, afbeelding 4 en bron 26). In het oog van de orkaan is het windstil, en er is sprake van een dalende luchtbeweging. De dalende lucht warmt op, en daarom is er in het oog droog en helder weer. Direct om het oog, bij de ‘eyewall’ zijn de windsnelheden het hoogst en is het weer het slechtst. Buiten de ‘eyewall’ zijn regenbanden te vinden, die om het oog draaien.


Satellietfoto van 8 september 2017 met orkaan Irma in het midden in de Caribische Zee, orkaan Jose rechts in de Atlantische Oceaan en tropische storm Katia in de Golf van Mexico.
Bron 26: Orkaan Irma

Orkanen kunnen voor veel schade zorgen. Het hele orkaansysteem kan honderden kilometers breed zijn, en het hele gebied merkt de aanwezigheid in meer of mindere mate. Hoe dichter bij het oog, hoe groter de schade. Dit komt door de sterke wind, maar ook door de hoeveelheid regen. Uit de regenbanden valt erg veel regen waardoor er overstromingen en aardverschuivingen kunnen ontstaan. Zeker eilanden met steile hellingen, zoals de vulkanische eilanden Sint-Eustatius en Saba, kunnen hiermee te maken krijgen. Daarnaast ontstaan er door de orkaan ook hele hoge golven. Deze (vloed)golven kunnen ook voor veel schade zorgen.

Een storm krijgt de naam orkaan als de windkracht boven de 115 km/uur is (windkracht 12 op de schaal van Beaufort). De kracht van de orkaan wordt gemeten met de Schaal van Saffir – Simpson (zie bron 27). Categorie 1 is het minst zwaar, en categorie 5 is het zwaarst. Pas als de orkaan boven land komt of boven kouder water, neemt deze af in kracht omdat de orkaan zijn ‘brandstof’ kwijt is, namelijk het relatief warme water.


Bron 27: Schaal van Saffir-Simpson

Het orkaanseizoen in het Caribisch gebied vindt plaats tussen 1 juni en 30 november. De meeste orkanen komen voor tussen augustus en oktober, omdat het zeewater dan het warmst is. Dan worden ook de zwaarste orkanen gevormd. Door de zuidelijke ligging komen er op de benedenwindse eilanden vrijwel geen orkanen voor. Sinds 1851 zijn er slechts zo’n tien tropische stormen in de buurt geweest van de ABC-eilanden (zie bron 28). Orkanen hebben door de afwijking ‘naar rechts’, veroorzaakt door het Corioliseffect, de neiging noordwaarts te trekken, ver bij de ABC-eilanden vandaan.

Bron 28: Storm over ABC-eilanden

In 1996 trok er een tropische storm over de ABC-eilanden. In 1993 volgde tropische storm Bret een koers ten zuiden van de ABC-eilanden. In 2004 passeerde orkaan Ivan ten noorden van de ABC-eilanden als een categorie 5 orkaan, er werden maximale windstoten gemeten van 260 km/uur. In 2016 passeerde orkaan Matthew ook ten noorden van de ABC-eilanden. Vooral de golven zorgde voor veel kustafslag op de eilanden, waarbij veel zand wordt weggeslagen en infrastructuur schade oploopt. De overige orkanen en tropische stromen passeerden verder weg en/of met minder kracht.

knmi.nl


De overige Kleine Antillen (en dus ook de bovenwindse eilanden) liggen wel in de route van orkanen. De eilandenboog, waar ook Sint-Maarten, Saba en Sint-Eustatius deel van uitmaken, zijn meestal de eerste eilanden die getroffen worden door tropische orkanen voordat de orkanen de Caribische zee in trekken. In september 2017 werd Sint-Maarten zwaar getroffen door orkaan Irma.
Windhozen
Een windhoos (zie bron 29), ook wel tornado, is een wervelwind die als een trechtervormige slurf onder een onweerswolk zichtbaar is. Een windhoos ontstaat uit een zware onweersbui met een sterke, draaiende opwaartse luchtstroom. Deze zware onweersbuien ontstaan meestal boven land als er grote temperatuurverschillen zijn, en warme, vochtige lucht botst met koele, droge lucht. De warme lucht stijgt op en vormt een onweersbui. De onweersbui kan dan ook gaan draaien en hoge windsnelheden bereiken. Onder de onweersbui kan dan een slurf ontstaan: de windhoos. De ronddraaiende en opstijgende slurf onder de wolk zuigt alles mee wat er op zijn pad komt. De tornado kan binnen minuten weer voorbij zijn, maar heeft een verwoestend effect, ook al is de slurf maar maximaal enkele honderden meters breed. Soms komen er ook waterhozen voor. Een waterhoos is eigenlijk hetzelfde als een windhoos, alleen ontstaat deze boven water. De basis voor de waterhoos is warm water en een koude bovenlucht, en vervolgens vindt hetzelfde proces plaats als bij een windhoos. Meestal heeft de waterhoos onvoldoende kracht om echt veel schade langs de kust te veroorzaken.


Bron 29: Windhoos op Curaçao in oktober 2017

Vragen

 

1. Leg uit hoe een lagedrukgebied kan veranderen in een tropische orkaan.

 

2. Geef de reden waarom orkanen wel in Caribisch Nederland, maar niet in Europees Nederland zullen voorkomen.

 

Gebruik atlaskaart De Aarde Natuurrampen
3. Geef aan welke natuurramp volgens deze atlaskaart het meeste voorkomt in het Caribisch Gebied.

 

De legenda van de atlaskaart (De Aarde Natuurrampen) geeft aan dat het aantal dodelijke slachtoffers als gevolg van deze rampen in het Caribisch gebied meestal minder dan 10.000 is.
4. Geef een demografische reden voor het Caribisch gebied waarom het aantal slachtoffers minder dan 10.000 is.

 

5. Neem onderstaand schema over en noteer de verschillen tussen een orkaan en een tornado.

  Orkaan     Tornado
Locatie ontstaan    
Tijdsduur            
Grootte / formaat      

 

6. Hieronder staan vier uitspraken. Geef per uitspraak aan of deze juist of onjuist is. Verbeter vervolgens de uitspraken die onjuist zijn.

  1. In het Caribisch gebied komen orkanen gedurende het hele jaar voor.
  2. Een tropische orkaan wordt in het Caribisch gebied ook wel hurricane genoemd.
  3. Een tornado is een kleine orkaan en ontstaat alleen boven de oceaan.
  4. Het windstille centrum van een orkaan wordt een slurf genoemd.

 

7. Geef aan waarom de meeste orkanen tussen augustus en oktober ontstaan.

 

8. Noem drie factoren die de het pad of ‘de route’ (ook wel de ‘trekrichting’ genoemd) van tropische stormen en orkanen beïnvloeden.

 

9. Leg de volgende uitspraak uit:
‘Alle orkanen zijn tropische stormen, maar niet alle tropische stormen zijn orkanen’. 

 

10. Beredeneer waarom hazard management voor orkanen beter uit te voeren is dan bij tornado’s.

 

Ga naar de website https://coast.noaa.gov/hurricanes en typ in het zoekvenster de naam van het eiland waar jij woont.
11. Geef aan
  • of de orkanen die in de buurt komen van het eiland altijd dezelfde route volgen;
  • hoeveel orkanen er in de afgelopen 10 jaar in de buurt zijn gekomen van het eiland;
  • wat de kracht was van de orkanen op de schaal van Saffir-Simpson in de buurt van het eiland.

 

Bekijk de website: https://www.nhc.noaa.gov/. Deze website houdt de vorming van orkanen in de gaten, geeft het pad weer van de orkaan en geeft ook waarschuwingen indien nodig. Maak de volgende opdrachten indien de les gegeven wordt in het orkaanseizoen.
12. Noteer welke meldingen er op de website genoemd staan voor het Atlantisch bassin.

 

13. Beschrijf hoe de verschillende windsnelheden van een tropische storm weergegeven worden.

 

14. Noteer hoeveel dagen de tropische storm (naar verwachting) nodig heeft om zich te verplaatsen van Afrika naar het Caribisch gebied.

 

15. Geef aan
  • welke eilanden / landen te maken kunnen krijgen met de tropische storm;
  • wanneer de tropische storm van kracht veranderd (bijv. van tropische storm naar cat. 1 orkaan);
  • welke eilanden / landen de meeste schade kunnen verwachten.

 

16. Geef aan hoe de website ingezet kan worden bij hazard management.