De opdracht is een succes als… |
|
|
Je vertelt in het Engels wat over jouw huis en benoem hierbij de verschillende ruimtes en meubels of over je buurt en beschrijft de kenmerken ervan. |
|
Je gebruikt niet alleen zelfstandige voornaamwoorden (table/ shop), maar ook bijvoeglijke voornaamwoorden (big/ small). |
|
Je voorzetsels (next to, opposite) gebruikt |
|
je de weg (when you go left....) wijst |
|
Je huis / buurt is duidelijk zichtbaar in de video. |
|
Huis: je tenminste je t keuken, woonkamer en je eigen slaapkamer laat zien. Buurt: je belangrijke plekken of dingen aan die speciaal zijn in jouw buurt laat zien. |
|
Je praat in hele Engelse zinnen, uit je hoofd. (Laat iemand anders jou filmen) |
|
Je met uit het hoofd geleerde zinnen en zinsdelen informatie hebt overgebracht. |
|
Je uitspraak is duidelijk genoeg om je te kunnen volgen, hoewel je mogelijk nog een accent hebt. |
|
Je laat zien dat je de nieuwe woorden van unit 4 + de Stones kunt toepassen. |