Stap 1: Staatkundige structuur

Staatkundige structuur Caribisch deel van Nederland

In 1492 ontdekte Columbus Amerika. In de jaren daarna was Spanje het eerste Europese land dat de Nieuwe Wereld (het Caribisch gebied) begint te verkennen en te koloniseren. Later trekken ook verschillende andere Europese landen eropuit om dit deel van de wereld te koloniseren. Vanaf de zeventiende eeuw mengt ook Nederland zich in deze strijd en veroveren zij als eerste eiland Sint-Maarten dat nog niet ingenomen was door een andere Europese kolonisator. In de jaren daarna worden de Spanjaarden door de Nederlanders verdreven van achtereenvolgens Bonaire, Curaçao en Aruba. Sint-Eustatius werd in 1632 zonder strijd overgenomen van de Fransen en Engelsen. In 1640 namen de Nederlandse kolonisten van Sint-Eustatius ook Saba in bezit. 

De Caribische eilanden werden gebruikt voor de zoutwinning, landbouw en als doorvoerhaven voor de slavenhandel. Jamaica, Barbados, Saint-Domingue (het huidige Haïti) en Cuba waren belangrijke bestemmingen voor slaven vanwege de enorme suikerplantages. Maar er werden ook slaven naar andere delen van Amerika getransporteerd, zoals naar Zuid-Amerika. Met name naar Brazilië, en naar Midden-Amerikaanse landen zoals Panama en Honduras. Op 1 juli 1863 (Ketikoti) kwam officieel een einde aan de slavernij in de Nederlandse gebieden. De afschaffing van de slavernij betekende niet dat de eilanden onafhankelijker van Nederland kwamen. Dat veranderde pas rond de Tweede Wereldoorlog.

In 1942 kondigde koningin Wilhelmina via Radio Oranje aan dat de overzeese gebieden meer zelfstandigheid zouden krijgen. Na de oorlog werd de naam ‘Nederlandse Antillen’ gebruikt voor de zes eilanden en in 1954 werd definitief afgesproken dat de inwoners van de Nederlandse Antillen voortaan zelf hun land mogen gaan besturen en kiesrecht krijgen. 

In 1986 werd Aruba een afzonderlijk land binnen het Koninkrijk (status aparte). Voor de andere vijf eilanden bleef er een centrale regering voor de Nederlandse Antillen, die gevestigd was in Willemstad, Curaçao. Deze regering ging over zaken als buitenlands beleid, defensie (samen met Nederland), financiën en justitie. Naast deze centrale regering had elk land ook zijn eigen eilandbestuur voor lokale aangelegenheden. Nadat Aruba een status aparte had gekregen in 1986 groeide ook op de andere eilanden de wens naar meer autonomie of zelfs onafhankelijkheid. Het resultaat was dat in 2010, na raadpleging van de bevolking en lokale besturen op elk eiland, ook de status van de andere vijf eilanden veranderde. De zes eilanden worden sindsdien aangeduid als het Caribisch deel van het Koninkrijk der Nederlanden. 

Als je kijkt naar de staatkundige structuur van de zes eilanden in het Caribisch deel van het Koninkrijk kun je vanaf 10-10-2010 twee groepen eilanden onderscheiden, de BES- eilanden en de CAS-eilanden. Het verschil tussen de twee groepen eilanden wordt bepaald door de wens voor meer of minder autonomie. In bron 1 is een kaart te zien met de ligging van de BES-eilanden en CAS-eilanden. In bron 2 de positie van de eilanden in het Koninkrijk.

BES-eilanden: Bonaire, Sint-Eustatius en Saba

Vanaf 10-10-2010 zijn Bonaire, Sint-Eustatius en Saba bijzondere gemeenten van Nederland. Dit betekent dat deze eilanden onderdeel vormen van Nederland. Dat deze eilanden hebben gekozen voor deze vorm heeft vooral te maken met het lage inwonersaantal en de kleinschalige economie van deze eilanden. Dit maakt het moeilijker om volledig autonoom te functioneren. De extra steun die de BES-eilanden nodig hebben op gebieden zoals gezondheidszorg, onderwijs en infrastructuur, kan beter gegarandeerd worden als zijnde onderdeel van Nederland.
De BES-eilanden hebben ondanks hun geografische afstand van het Europese vasteland, een unieke status als ‘Caribische bijzondere gemeenten’ (officieel: openbare lichamen) gekregen. Deze status plaatst de eilanden in een interessante positie: ze zijn geen onafhankelijke landen, maar ook geen traditionele gemeenten. Ze hebben een hybride positie, wat betekent dat ze nauw verbonden zijn met het Nederlandse staatsbestel (regeringsvorm), maar met bepaalde lokale aanpassingen aan hun specifieke behoeften en omstandigheden. De drie eilanden liggen niet binnen het grondgebied van de Europese Unie (EU), maar de inwoners bezitten wel de rechten van het EU-burgerschap. 

Bron 1: De ligging van de BES-eilanden en de CAS-eilanden.

Bron 2: Het Koninkrijk der Nederlanden.

CAS-eilanden: Curaçao, Aruba en Sint-Maarten

Curaçao, Aruba en Sint-Maarten zijn zelfstandige landen binnen het koninkrijk.

Aruba

Aruba is in 1986 een autonoom land geworden binnen het Koninkrijk der Nederlanden. Het land kreeg een status aparte. Deze status aparte markeerde een belangrijke mijlpaal in de geschiedenis van het eiland. Deze status betekende dat Aruba een grote mate van zelfbestuur kreeg. Aruba kreeg de bevoegdheid om zijn eigen interne zaken te regelen, inclusief zaken als onderwijs, gezondheidszorg, infrastructuur en lokale economie. Dit gaf het eiland meer controle over zijn eigen ontwikkeling en de mogelijkheid om beleid aan te passen aan de specifieke behoeften en omstandigheden van Aruba. Nederland bleef wel ondersteuning bieden op gebieden als goed bestuur, veiligheid, gezonde overheidsfinanciën en economische ontwikkeling. 

De veranderingen leidde ook tot spanningen. Voorstanders van meer autonomie en zelfbestuur waren van mening dat het verkrijgen van een status aparte binnen het Koninkrijk der Nederlanden van groot belang was voor de verdere ontwikkeling van Aruba. Ze geloofden dat meer lokale controle over interne aangelegenheden, zoals onderwijs, gezondheidszorg, economie en infrastructuur, gunstig zou zijn voor het eiland. Voorstanders zagen de status aparte als een manier om Aruba's unieke identiteit en culturele eigenheid te benadrukken en te versterken. 
Aan de andere kant waren er tegenstanders van de overgang naar meer autonomie. Zij waren bang voor mogelijke negatieve economische gevolgen. Sommige tegenstanders vreesden dat de relatie met Nederland zou verslechteren waardoor de ondersteuning vanuit Nederland zou afnemen. En een deel van de tegenstanders twijfelden of Aruba in staat zou zijn zichzelf te besturen.

De stap van Aruba werd gezien als een mogelijk model voor andere eilanden. De stap diende als een voorbeeld van hoe tussen integratie en autonomie binnen het Koninkrijk der Nederlanden kon worden gebalanceerd. 
 

Curaçao en Sint Maarten

Na een proces van besprekingen en overleggen over hun politieke toekomst besloten Curaçao en Sint-Maarten in 2010 om een nieuwe staatkundige route te volgen, die verschilde van hun collega-eilanden Bonaire, Sint-Eustatius en Saba. Ze kozen ervoor om autonome landen te worden binnen het Koninkrijk der Nederlanden. Deze status geeft hen aanzienlijk zelfbestuur op lokale zaken, terwijl ze voor bepaalde Koninkrijk aangelegenheden, zoals defensie en buitenlands beleid, nog steeds samenwerken met Nederland. Deze status is hetzelfde als die van Aruba en biedt deze eilanden een evenwicht tussen zelfstandigheid en de voordelen van het onderdeel blijven van een breder Koninkrijk.

Invloed Nederland

Hoewel de politieke structuren van de BES en CAS-eilanden verschillen, hebben ze allemaal nog steeds sterke banden met Nederland. Die banden zijn ontstaan uit hun gezamenlijke geschiedenis en leiden tot een mix van economische, politieke en sociale verbindingen.  Nederland speelt een belangrijke rol als handelspartner en investeerder voor de Caribische eilanden. De politieke verbindingen zorgen ervoor dat de eilanden gebruik kunnen maken van de internationale betrekkingen van Nederland met andere landen of internationale organisaties. Dit kan voordelen bieden in termen van handelsrelaties, ontwikkelingshulp en politieke invloed op internationaal niveau. De sociale verbindingen tussen Nederland en de eilanden bestaan bijvoorbeeld uit culturele uitwisselingen en uitwisselingen op het gebied van onderwijs.

Maar met de banden tussen de eilanden en Nederland komen ook spanningen over de mate van autonomie en afhankelijkheid. Twee voorbeelden:

  1. Financiële steun van Nederland kan voordelig zijn voor de ontwikkeling van de eilanden. Maar er kunnen spanningen ontstaan over de voorwaarden en controle die Nederland uitoefent op de besteding van deze gelden. 
  2. De Nederlandse regering heeft ingegrepen om de drugshandel en -smokkel tegen te gaan. Dit moet gebeuren in goed overleg met de lokale gezaghebbers. Als dat niet voldoende gebeurt kan dat vragen oproepen over de soevereiniteit en zelfstandigheid in het bepalen van het eigen veiligheidsbeleid.

De spanning tussen de voordelen van nauwere banden met Nederland en de wens naar meer zelfbestuur is een voortdurende uitdaging. Sommige eilanden kiezen voor nauwere economische banden in ruil voor financiële steun, terwijl anderen streven naar grotere politieke autonomie.

Opdracht: BES-eilanden

Geef aan

  1. wat de BES-eilanden zijn.
  2. welke unieke staatkundige status deze eilanden hebben binnen het Koninkrijk der Nederlanden.

 

Opdracht: Referendum Bonaire

Op 17 december 2010 was er een referendum in Bonaire over de staatkundige positie van het eiland binnen het Koninkrijk der Nederlanden. Tijdens dit referendum konden de inwoners van Bonaire aangeven of ze het wel of niet mee eens waren dat Bonaire een bijzondere gemeente van Nederland was geworden. Van de stemmers was 85% het niet eens met het gegeven dat Bonaire een bijzondere gemeente was geworden. Toch bleef Bonaire een bijzondere gemeente van Nederland. De opkomst was namelijk erg laag (35%) en er was afgesproken dat de uitkomst van het referendum alleen uitgevoerd zou worden als de opkomst minimaal 51% was geweest.
Onder een aanzienlijke groep eilandbewoners bleef ontevredenheid bestaan over de manier waarop Bonaire vanuit Nederland werd bestuurd. Zij dwongen een nieuw referendum af. Dat referendum vond plaats op 18 december 2015.

  1. Zoek uit welke vraag aan de inwoners van Bonaire tijdens het tweede referendum werd voorgelegd.
  2. Zoek op wat de opkomst en de uitslag was van het referendum.
  3. Zoek uit op welke manier wordt omgegaan met de uitkomst van het referendum.

 

Opdracht: Status aparte Aruba

De wens van Aruba naar meer autonomie had verschillende oorzaken.

Voorbeeld van factoren die een rol hebben gespeeld zijn:

  1. streven naar zelfbestuur
  2. economische overwegingen
  3. nastreven van culturele en nationale identiteit
  4. afzetten tegen de geschiedenis van kolonialisme

Hieronder worden de vier factoren nader omschreven.
Geef bij ieder tekstje aan welke factor omschreven wordt.

  1. Er was een groeiend gevoel van nationale identiteit en trots op Aruba. Onafhankelijkheid werd gezien als een middel om deze unieke identiteit verder te cultiveren en te versterken, los van het Nederlandse overkoepelende bestuur.
  2. Net als veel voormalige koloniën wereldwijd, had Aruba de wens om de erfenis van het kolonialisme achter zich te laten en een eigen weg te gaan als een onafhankelijke natie.
  3. Aruba had een sterke wens om meer controle te hebben over zijn eigen zaken. Dit streven was ingegeven door de wens om eigen beslissingen te kunnen nemen over lokale kwesties, zoals economische ontwikkeling, onderwijs, en culturele zaken.
  4. Aruba, met een opkomende toeristenindustrie en een aanzienlijke olieraffinaderij, wilde zijn economie ontwikkelen. Onafhankelijkheid werd gezien als een manier om meer controle te krijgen over economische beleidsvorming en natuurlijke bronnen.

I =
II =
III =
IV =

 

 

Opdracht: Drugs

Gebruik bron 3.

Bron 3
Marine onderschept opnieuw partij drugs in Caribisch gebied

20-04-2023
De Nederlandse marine heeft opnieuw een partij drugs onderschept in het Caribisch gebied. De bemanning van het patrouilleschip Zr. Ms. Holland nam eergisteren samen met de Kustwacht Caribisch gebied zo’n 850 kilo cocaïne in beslag.
Drie verdachten probeerden hun waar in een go-fast te verschepen. Dit bootje werd opgemerkt door het Nederlandse patrouilleschip. Daarop werden twee snelle onderscheppingsboten ingezet met aan boord het Nederlandse Fleet Marine Squadron. Dit team wist de go-fast te achterhalen en eenmaal langszij werd een stopteken gegeven. De verdachten gaven zich hierbij over. Een deel van de drugspakketten was toen al overboord gegooid. Deze pakketten zijn later uit het water gehaald. Het totaal kwam uit op zo’n 850 kilo aan cocaïne. De verdachten en de drugs zijn overgedragen aan het Korps Politie Aruba. De partij cocaïne is inmiddels vernietigd.

Bron: https://www.defensie.nl/


Curaçao en Sint-Maarten hebben sinds 10-10-2010 een status binnen het Koninkrijk hebben die vergelijkbaar is als de status van Aruba. Deze status biedt de eilanden een evenwicht tussen zelfstandigheid en de voordelen van het onderdeel blijven van een breder Koninkrijk.

  1. Geef aan welk voordeel Aruba, Curaçao en Sint-Maarten op het gebied van veiligheid hebben doordat zij onderdeel zijn van een breder Koninkrijk.
  2. Bij de band met Nederland horen ook vraagstukken over de mate van afhankelijkheid en de mate van autonomie. Deze vraagstukken kunnen leiden tot spanningen tussen de eilanden en Nederland.
    Maak duidelijk dat vraagstukken over afhankelijkheid en autonomie kunnen leiden tot spanningen tussen de eilanden en Nederland.

 

Opdracht: Munteenheid

Bonaire, Sint-Eustatius en Saba zijn bijzondere gemeenten van Nederland. Je zou misschien verwachten dat je op deze eilanden, net als in de rest van Nederland, zou kunnen betalen met de euro. Dat is niet het geval.

  1. Zoek uit wat de munteenheid is van Bonaire, Sint-Eustatius en Saba.
  2. Beredeneer waarom er op deze eilanden gekozen is voor deze munteenheid.
  3. Zoek ook uit wat de munteenheid van Aruba is. Waarom zal Aruba gekozen hebben voor deze munteenheid.
  4. Welke munteenheid krijgen Curaçao en Sint-Maarten vanaf 2025?

 

Opdracht: Zelfstandig land in het Koninkrijk of volledig zelfstandig?

Bekijk de volgende stelling:

Curaçao, Aruba en Sint-Maarten moeten streven naar volledige onafhankelijkheid van Nederland.

Bedenk argumenten vóór de stelling en argumenten tegen de stelling.
Bespreek jouw argumenten met een of enkele klasgenoten.
Ben jij het wel of niet eens met de stelling?