01.05 | Toekomstbestendig ontwikkelen

Vrijwel elke docent ontwikkelt zelf toetsen. Uitgeverijen leveren meestal alleen een paar basistoetsen aan. Daarnaast is er behoefte aan goede eindtoetsen (summatieve deel) en aan voldoende oefentoetsen (formatieve deel). In het Nederlandse onderwijs werken zo’n 300.000 docenten. Als die allemaal 10 nieuwe toetsen per jaar maken, dan moeten er zo’n 3 miljoen nieuwe toetsen per jaar bijkomen. Ga je uit van zo’n 250 verschillende vakken (po-vo-mbo), dan heb je het over per jaar 1200 nieuwe toetsen per vak erbij. Je zou verwachten dat elke docent hierover kan beschikken, maar dat is niet zo. De meeste docenten ontwikkelen enkel voor zichzelf of de eigen sectie. Deze toetsen zijn vaak voor eenmalig gebruik. Dan kan en moet anders.

Waar moet je op letten als je van plan bent als school samen toetsen te gaan ontwikkelen?

Als docent heb je meestal de beschikking over een door de school gekozen leerplatform, al dan niet voorzien van een toetsmodule of een apart toetssysteem. Het begint met het maken van afspraken over het gebruik hiervan. Als je een school hebt met 100 docenten, dan zou je kunnen beginnen met het per docent jaarlijks ontwikkelen van tien toetsen in dit systeem. De grotere vakken zullen zo snel een toetsenbank opbouwen. Belangrijk is dat je vanuit het systeem onderling kunt delen. Acht docenten Nederlands, kunnen na elk jaar beschikken over 80 nieuwe toetsen. Een docent muziek die alleen werkt, koppel je aan de collega’s binnen het bestuur of regionaal aan elkaar.

Als elke docent jaarlijks 10 toetsen ontwikkelt, komen er elk jaar 3 miljoen nieuwe toetsen beschikbaar.

Bij het instituutsbreed ontwikkelen moet je minimaal letten op de volgende zaken:

Figuur 1: Mindmap van een opzet voor instituutsbrede toetsontwikkeling.

Hoe maak je toetsen toekomstbestendig?

Er is niets zo erg als tien jaar geïnvesteerd te hebben in goede toetsen en dat je daarna van school verandert of jouw school verandert van toetsplatform. Overtikken is geen optie en kopiëren en plakken geen pretje. Denk vooraf na of overstappen mogelijk is.

Aandachtspunten hierbij:

Figuur 2: Bevorder het gebruik van toetssjabonen.

Tenslotte

Wil je digitaal toetsen een echte kans geven, dan moeten docenten meer eenduidig toetsen gaan ontwikkelen en moet er op een gestandaardiseerde wijze met elkaar gedeeld gaan worden. Begin binnen je eigen schoolbestuur en sluit zo snel mogelijk aan bij landelijke initiatieven op vakniveau. De meeste grote vakken kennen een eigen vakorganisatie. Voor elk vak moet er een uitwisselplatform komen of er moet één landelijk platform komen, waar toetsen in open formaten met elkaar gedeeld kunnen worden. Er bestaat natuurlijk Wikiwijs, maar dat richt zich niet op uitgevers of docenten die zelf verzamelingen willen delen. Een voorbeeld is de NVON, die voor het vak biologie al een grote vragenbank beschikbaar heeft.