Vroeger werd er heel anders tegen mensen met een psychiatrische stoornis aangekeken. Zij werden heel slecht behandeld en soms wel uitgesloten van de gemeenschap. Ze werden dan buiten de poorten van de stad geplaatst en werden volledig aan hun lot overgelaten. In de loop der jaren is er gelukkig veel veranderd. Mensen met een psychiatrische stoornis hebben nu de mogelijkheid om goede hulp te krijgen bij hun problemen.
Leerdoelen:
Aan het einde van de les
heb je een start gemaakt aan je persoonlijke visie omtrent de zorg aan mensen met een psychiatrische stoornis
kan je de huidige organisatie van de geestelijke gezondheidszorg benoemen
Lees de theorie van het leerpad: Werken in de geestelijke gezondheidzorg (thema: Geestelijke gezondheidszorg). Maak ook de kennisopdrachten die je hierbij tegenkomt.
Onderwijsactiviteit:
Geef antwoord op de volgende vragen. Deze zullen doorgenomen worden tijdens de volgende onderwijsactiviteit.
In de geestelijke gezondheidszorg wordt een belangrijk onderscheid gemaakt tussen de Specialistische GGZ en de Basis-GGZ. Beschrijf het onderscheid tussen de Specialistische GGZ en de Basis-GGZ aan de hand van twee voorbeelden van zorgvragers met een psychiatrische stoornis.
Mevrouw Pietersen is 70 jaar oud en al jaren weduwe. De laatste tijd maakt mevrouw Pietersen een steeds verwardere indruk. Ze verwaarloost zichzelf en haar huis, loopt voortdurend in de buurt op zoek naar haar man en heeft een verstoord dag-en-nachtritme. Haar kinderen laten haar in het ziekenhuis op de afdeling geriatrie onderzoeken en er blijkt sprake te zijn van beginnende alzheimer. Het zelfstandig wonen gaat nog een tijdje goed met behulp van mantelzorg en thuiszorg. Na verloop van tijd wordt de situatie echter onhoudbaar. Er wordt een opname bij een instelling geregeld. Op wat voor afdeling zal mevrouw Pietersen worden opgenomen? Motiveer je antwoord
Het hebben van een psychiatrische stoornis kan van grote invloed kan zijn op het leven van de zorgvrager.
Met welke negatieve sociaal-maatschappelijke gevolgen kan een psychiatrische zorgvrager te maken krijgen? Beschrijf er twee aan de hand van een voorbeeld.
Geef aan hoe je hier als verpleegkundige in de zorg en begeleiding rekening mee kunt houden.
Neem je antwoorden door met medestudenten/ de docent bij vooral onduidelijkheden.