6. Reflective Journal

Om te kijken of het je gelukt is om je doelen te halen vul je nog een keer de rubric in.

Vergelijk de rubric met je rubric van toen je de quest startte. Heb je overal je doelen gehaald?

Waar zou je nog meer tijd aan moeten besteden?

 

Leerdoel

Beginnend

Gevorderd

Expert

Je kan de zes verschillende voedingsstoffen benoemen

Wat zijn voedingsstoffen?

Je weet het verschil tussen voedingsmiddelen en voedingsstoffen

Je kent suikers (koolhydraten), vetten, eiwitten, water, mineralen (zouten) en vezels.

Je kan de functies van deze verschillende voedingsstoffen benoemen

Wat zijn voedingsstoffen?

Je kan van drie voedingsstoffen de functie benoemen.

Je kan van alle zes de voedingsstoffen de functie benoemen.

Je kan uitleggen wat een indicator is

Wat is een indicator?

Je weet wat een indicator doet, maar begrijpt nog niet waar het nuttig voor is

Je weet wat een indicator is en je kan het nut ervan uitleggen.

Je kan uitleggen hoe je kunt aantonen of een voedingsmiddel glucose of zetmeel bevat

Je weet nog niet wat glucose en zetmeel zijn en al helemaal niet hoe je kan aantonen dat het in een voedingsmiddel zit.

Je weet ongeveer hoe je aan kunt tonen dat er glucose of zetmeel in een voedingsmiddel zit.

Je weet precies hoe je aan kunt tonen of er glucose of zetmeel in een voedingsmiddel zit en wat je nodig hebt om dat te doen.

Je kan benoemen welke voeding goed voor je is en welke slecht voor het lichaam is

Je hebt wel een idee over slecht en goede voeding, maar dat is vooral gebaseerd op verhalen van anderen

Je hebt een idee over wat maakt dat een voedingsmiddel gezond is of niet.

Je weet waarom bepaalde voeding wel goed voor je is en andere juist niet.