Je gebruikt waarschijnlijk iedere dag elektriciteit; denk maar aan verlichting, tv en apparaten. De elektriciteit wordt opgewekt in een elektriciteitscentrale en komt via hoogspanningskabels je huis binnen. Vanaf de meterkast lopen elektriciteitsdraden naar alle ruimtes in het huis.
Bekijk ter introductie deze video.
In dit thema ga je aan de slag met vijf opdrachten die te maken hebben met elektriciteit.
Succes.
Leerdoelen
Aan het eind van dit thema kun je:
Schakelingen
minimaal drie voorbeelden van spanningsbronnen noemen.
de belangrijkste symbolen die in een schakeling voorkomen gebruiken.
uitleggen wat het verschil is tussen gelijkspanning en wisselspanning.
uitleggen wat het verschil is tussen een serieschakeling en een parallelschakeling.
minimaal twee voorbeelden van gevaarlijke situaties noemen die voor kunnen komen bij het gebruik van elektrische apparaten.
Meten in schakelingen
aangeven hoe je de spanning in een schakeling kunt meten.
aangeven hoe je de stroomsterkte in een schakeling kunt meten.
uitleggen wat een geleider en wat een isolator is.
de rol van een weerstand een schakeling omschrijven.
met de formule die het verband tussen de weerstand, spanning en stroomsterkte beschrijft, berekeningen maken.
het verschil tussen een serieschakeling en een parallelschakeling uitleggen.
Elektrisch vermogen
het begrip elektrisch vermogen omschrijven.
de formule die de relatie tussen vermogen, omgezette energie en tijd weergeeft opschrijven en kun je daarmee berekeningen maken.
de formule die de relatie tussen vermogen, spanning en stroomsterkte weergeeft opschrijven en kun je daarmee berekeningen maken.
een elektriciteitsrekening aflezen.
Transformator - sensor
het natuurkundig verschijnsel magnetisme omschrijven.
omschrijven hoe een elektromagneet, een dynamo en een transformator werken.
uitleggen wat wordt bedoeld met een ideale transformator en kun je bij berekeningen gebruik maken van het gegeven dat de tussen de primaire spanning (Up) en de secundaire spanning (Us) is gelijk aan de verhouding tussen het aantal primaire windingen (np) en het aantal secundaire windingen (ns).
twee voorbeelden van sensoren noemen.
Statische elektriciteit
de begrippen molecuul, element, atoom, kern, protonen, neutronen en elektronen en de onderlinge samenhang omschrijven.
uitleggen hoe statische elektriciteit kan ontstaan.
Het thema 'Elektriciteit' bestaat uit de volgende onderdelen: