
Het Caribisch gebied is een regio met een rijke culturele diversiteit, waar ook sprake is van vermenging van culturen tot een multiculturele samenleving. De historische invloeden hebben geleid tot etnische diversiteit en het ontstaan van bijzondere talen zoals de creooltalen. Cultureel erfgoed moet bewaard worden. Dit is ook onderdeel van de Sustainable Development Goals.
Een einde aan armoede, ongelijkheid, onrecht en klimaatverandering. Dat is de kern van de Duurzame Ontwikkelingsdoelen van de Verenigde Naties (VN) voor de periode van 2015-2030.
De SDG’s zijn de opvolging van de Millenniumdoelen die liepen van 2000-2015. Regeringsleiders van 189 landen spraken in 2000 af om vóór 2015 de belangrijkste wereldproblemen aan te pakken en formuleerden acht doelstellingen. Veel van deze doelstellingen werden toen niet gehaald. In 2015 zijn de Millenniumdoelen vervangen door Sustainable Development Goals (SDG). De doelen hebben meer aandacht voor milieuthema’s, vrede en veiligheid en economische ontwikkeling.
Met 17 doelen (zie bron 18) willen de landen die lid zijn van de VN een duurzame wereld voor iedereen bereiken, waarin niemand wordt buitengesloten. De doelen gelden voor alle landen die lid zijn en alle mensen die daar leven. De ambities zijn groot en het is een behoorlijke uitdaging. Het vraagt om inzet van overheid, bedrijven maar ook van burgers. Want als iedereen iets bijdraagt, pas dan is het omvangrijke plan haalbaar.

Bron 18: Duurzame ontwikkelingsdoelen
SDG’s toegepast op het Caribisch gebied
In de laatste rapportage van Nederland over de voortgang met de SDG’s stond onder andere het volgende over een aantal van de SDG’s (bron 19). Gebruik bron 20 om het rapport te bekijken over de voortgang van Aruba op het gebied van de SDG’s.
|
Bron 19 Levensonderhoud en wonen in Caribisch Nederland (SDG 11) Tegengaan van armoede in Caribisch Nederland (SDG 1) |
Zoals eerder geschreven is behoud van cultureel erfgoed ook onderdeel van de SDG’s. Zo past het erkennen van meertaligheid en lokale talen bij SDG 4 over kwaliteitsonderwijs, omdat het erkennen van lokale talen bijdraagt aan inclusief onderwijs. Denk bijvoorbeeld aan het veranderen van de instructietaal in het Arubaanse onderwijs naar Papiamento.

Bron 20: In dit rapport is voor Aruba uitgewerkt per doel hoe ver ze zijn en wat de verbetering is ten opzichte van eerdere jaren.
https://www.deaci.aw/wp-content/uploads/2021/12/REPORT_SYNOPSIS_14122021.pdf
Alle SDG’s zijn gelijk, maar sommige SDG’s hebben voor de eilanden in het Caribisch Gebied meer prioriteit dan anderen. In bron 21 lees je drie voorbeelden van SDG 7, 9 en 14.
|
Bron 21: Voorbeelden van SDGs in het Caribisch Nederland Eilanden in het Caribische gebied hebben vergelijkbare uitdagingen bijvoorbeeld minder fossiele brandstoffen, meer duurzaam toerisme, betere afvalverwerking en weerbaardere infrastructuur. Daarom werd eind 2015 het Centre of Excellence (COE) for Small Island Developing States (SIDS) opgericht. Eilanden kunnen veel van elkaar leren rondom de SDG’s en duurzame oplossingen. Zij kunnen voorbeelden zijn voor innovaties die wereldwijd kunnen worden ingezet. SDG 7: Betaalbare en duurzame energie SDG 9: industrie, innovatie en infrastructuur SDG 14: leven in het water |
Sociale ongelijkheid
Diversiteit gaat echter ook gepaard met sociale ongelijkheid. Met sociale ongelijkheid worden de grote en ongewenste verschillen bedoelt in welvaart en ontwikkelingskansen tussen groepen in een bevolking. Het gaat dan over de ongelijke verdeling van middelen, kansen, rechten, priviléges en toegang tot basisbehoeften in een samenleving, zoals onderwijs of gezondheidszorg. Deze ongelijkheid kan ontstaan door verschillende factoren zoals inkomen, opleidingsniveau, etniciteit, geslacht en leeftijd.
In het Caribisch gebied is er op diverse eilanden en tussen de eilanden sprake van sociaaleconomische ongelijkheid waarbij sommige mensen toegang hebben tot bijvoorbeeld beter onderwijs en betere gezondheidsvoorzieningen dan anderen. Nazaten van tot slaaf gemaakten en minderheidsgroepen hebben in de maatschappij structureel minder toegang tot onderwijs, hebben minder politieke invloed en krijgen moeilijker een goede baan. Als gevolg hiervan ontstaat er een kansenongelijkheid. Uiteraard speelt hierin ook de omvang van een eiland een grote rol, daarmee wordt de grootte van het eiland en het aantal inwoners bedoeld, maar ook de historische, politieke en culturele omstandigheden.
Hier passen de volgende SDG’s bij:
- 1, geen armoede
- 5, gendergelijkheid, aangezien sommige groepen in de maatschappij structureel benadeeld worden
- 10, het verminderen van ongelijkheid. Hierbij staat aanpakken van etnische ongelijkheid en sociale uitsluiting centraal
![]() |
Vragen |
|
Gebruik bron 22.
In het Caribisch gebied zijn de verschillen in welzijn groot. 1 Geef twee verschillende verklaringen voor het ontstaan van deze sociale ongelijkheid in het Caribisch gebied tussen landen, maar ook binnen een land. Tip: Je kunt bijvoorbeeld denken aan de historische erfenis, toerisme, de geografische ligging en nog veel meer. |
|
Elk land heeft zijn eigen Sustainable development goals die (verder) ontwikkeld moeten worden. Zelfs landen als Zwitserland of Nederland die hoog op de HDI-index scoren moeten toch nog werken om alle doelen die gesteld zijn voor 2030 te halen. In Nederland gaat het over het algemeen goed met de doelen werk, onderwijs, gezondheid en rechtsstaat, maar er moet nog veel gedaan worden aan de doelen 14 en 15 die te maken hebben met de biodiversiteit en natuur. Ook jouw land geeft prioriteiten aan bepaalde duurzame ontwikkelingsdoelen.
2 Welke Sustainable Development Goals krijgen de meeste aandacht in jouw land? 3 Welke Sustainable Development Goals vind jij het meest belangrijk? Licht je antwoord toe. 4 Kijk nu naar alle 17 Sustainable Development Goals die gesteld zijn door de VN. Als jij het voor het zeggen had op jouw eiland, zou je dan andere Sustainable Development Goals hebben gekozen? Welke? Licht je antwoord toe. 5 Op welke manier zou jij nu al kunnen bijdragen aan de Sustainable Development Goals die je gekozen hebt bij vraag 4? Of: Als jij denkt dat je niet iets kan bijdragen, kan je dan toelichten waarom jij hier geen invloed op hebt. |