Een belangrijk verschil tussen mensen is het verschil in levensbeschouwing. De religie die iemand aanhangt is bepalend voor hoe hij in het leven staat: wat vindt hij goed, wat vindt hij niet goed? Hoe wil hij leven? Wat is zijn doel? Normen en waarden vinden hun bron in de levensovertuiging die iemand heeft.
In deze les behandelen we de 5 belangrijkste wereldgodsdiensten: Christendom, Islam, Boeddhisme, Hindoeïsme en Jodendom.
Je verdiept je in deze godsdiensten, zodat je in je omgang met mensen van verschillende levensovertuigingen basiskennis hebt over waar zij voor staan in het leven.