Reflectie

Voordat ik de module formatief handelen volgde had ik wel eens zo hier en daar de term voorbij horen komen, maar kon ik er eigenlijk geen duidelijk beeld noch betekenis aan verbinden. Voor deze module realiseerde ik me niet hoe belangrijk het formatief handelen is. Op diezelfde manier realiseerde ik me niet hoe belangrijk het is om een formatieve toets te maken met vragen die ook daadwerkelijk het lesdoel toetsen.

Het klinkt natuurlijk logisch, je hebt een onderwerp en daar verzin je toetsvragen over. Toch kan het zo zijn dat zonder duidelijke visie je vragen verzint die je geen inzicht geven in het feit of wat je probeerde te doceren ook begrepen is. Zo hebben we bij Engels bijvoorbeeld het verschil tussen receptieve en productieve vaardigheden. Een toets over de present simple kan op die manier al veel verschillen. Geef ik les zodat mijn leerlingen de present simple receptief kunnen snappen of productief kunnen gebruiken? Met alleen “het onderwerp (van de toets) is de present simple” is dat zeker niet duidelijk en kan een toets allerlei vormen nemen!

Met name toen ik voor het eerst een vaardighedenhiërarchie had gemaakt en op basis hiervan een single-point rubriek had gemaakt begon ik mij te realiseren dat goed formatief handelen een enorme versterking van mijn docentschap kan zijn.
Het op deze manier voor ogen krijgen wat je probeert te onderwijzen en op basis hiervan, en alleen hiervan, een formatieve toetsing te maken zorgt voor een ijzersterke constructive alignment.
Op deze manier komt er een duidelijk begin (via de vaardighedenhiërarchie maak je de leerdoelen) en tevens een duidelijk eind (omdat je de vaardighedenhiërarchie ook gelijk gebruikt om vast te stellen wat je gaat toetsen). Met een duidelijk begin en eind in zicht, is het vanzelfsprekend dat de stof die je onderwijst een aansluitende brug wordt tussen die twee.

Hoewel deze module slechts uit drie bijeenkomsten bestond, kan ik met zekerheid zeggen dat ik meer dan voldoende heb mogen leren op het gebied van toetsing. Ik heb dan ook het maken van een vaardighedenhiërarchie (en op basis daarvan een rubriek) toegepast op mijn lessenserie voor de praktijkopdracht.
Wat ik wel nog zou willen leren is hoe je verzamelde data verwerkt en je lespraktijk aanpast op een resultaat wat je totaal niet had verwacht. Wat zijn bijvoorbeeld concrete stappen die je zou moeten nemen als blijkt dat 75% van de klas een onvoldoende haalt voor de formatieve toets? Hoe pas ik mijn lespraktijk aan op de data die ik verzamel? Daadwerkelijk iets doen met die data is belangrijk en ik zou willen leren hoe ik dat ook effectief en doelgericht kan doen in het geval dat de resultaten juist tegenvallen.