Present perfect simple en past simple (tijdsaanduidingen)

Leerlingen willen de present perfect simple en past simple nog wel eens doorelkaar halen. Ze kunnen immers veel op elkaar lijken.
Bijvoorbeeld:

Het belangrijke verschil is dat bij de past simple we het altijd hebben over een specifieke, verleden tijd.

Al deze voorbeelden praten over een actie die gebeurde in een specifiek moment in het verleden, wat nu afgelopen is. Kenmerkend voor de past simple is altijd een hele specifieke tijdsaanduiding naar het verleden.

Waarom staat tijdsaanduiding naar het verleden hier expliciet vermeld? Dat is simpel uit te leggen met een voorbeeld:

We hebben hier een hele specifieke tijdsaanduiding, toch staat deze zin in de present perfect simple. Waarom? Want we hebben het hier niet over een tijdsaanduiding naar het verleden.

This week geeft aan dat de week nog niet voorbij is, dus gebruiken we hier wel nog steeds de present perfect simple.

Als we nog eens kijken naar de zinnen aan het begin dan zal het verschil nu hopelijk een stuk duidelijker zijn.

Bij zin 1 zien we geen specifieke wijzing naar het verleden, maar bij zin 2 zien we heel duidelijk "last week".