Opdracht 2.2 (verwerking)
Je hebt nu in je hoofd welke organellen een cel kan hebben. Je gaat nu een tekening of poster maken van een cel. Doe dat met de volgende stappen:
Teken al je organellen in je tekening of poster. Zorg dat ze in verhouding zijn en dat ze eruit zien zoals je hebt opgezocht bij stap 3