Wat te doen deze week?
Je hebt de verschillende vormen van de persoonlijke naamvallen in het Duits geoefend. Deze week gaan wij een stapje verder. In het Duits krijgen namelijk ook de zelfstandige naamwoorden en de lidwoorden (+ bijvoeglijke naamwoorden) ervoor verschillende vormen. Deze vormen zijn afhankelijk van de naamval waarin het zinsdeel in de Duitse zin staat.
Bekijk nu eerst de uitleg.
In je werkboekje vind je een schema en stappenplan voor de naamvallen. Maak daarmee deze Oefening naamvallen.
Maak nu in het werkboekje de opdrachten 1 en 2 onder het kopje Zelfstandig naamwoord 1e, 3e en 4e naamval.
Je hebt nu twee oefeningen met persoonsbeschrijvingen gemaakt. Nu pas je de woordenschat en opbouw toe in een portret van een persoon uit het boek "Fette Ferien". Kies dus nu eerst een persoon uit het boek.
Opdracht: Schrijf een portret van een persoon uit het boek "Fette Ferien". Gebruik je aantekeningen en het boek. Soms moet je ook je fantasie gebruiken: hoe zie jij de persoon voor je? Gebruik minimaal 70 woorden. Verwerk onderstaande punten:
Eisen: Let erop dat je aan de onderstaande eisen voldoet:
Je gaat deze week weer een nieuwe oefentoets maken. Log in op woots.nl en maak oefentoets 2b. Je hebt genoeg tijd om tussendoor rustig de vragen te lezen of fragmenten een tweede keer te bekijken. Je kan de toets twee keer maken en inleveren. Achteraf kun je zelf direct je score inzien.
We lezen samen hoofdstuk 6. Gebruik de woordenlijst en maak tijdens en na het lezen aantekeningen over de personen, die we leren kennen. Je tekening van de persoon kan je ook helpen om een beeld te krijgen hoe je je deze personen voorstelt. Ga ook al de Duitse woorden uit het werkboekje erbij zetten.