De satellieten beschrijven een elliptische baan rond de aarde.
Deze baan is precies bekend en ligt vast in dat XYZ (ECEF) stelsel.
Je zou denken dat zo'n satelliet tot in lengte van jaren gewoon dat exacte rondje blijft draaien.
Er is immers geen wrijving in de ruimte.
Dat klopt.
En juist dát zorgt voor afwijkingen.
Alles heeft massa.
Ook licht.
Lichtdeeltjes heten 'fotonen' en hebben ook massa.
Tijdens een zonnewind duwen die, hoe lichtjes dan ook, tegen de satelliet.
Ook is de aantrekkingskracht van de aarde niet overal even gelijk.
(De sattelliet zweeft namelijk niet, hij valt constant.
Alleen heeft hij een dermate snelheid naar voren dat hij zo valt dat hij precies met de kromming van de aarde mee valt. Daardoor lijkt het of hij zweeft.)
Deze factoren veroorzaken hele kleine foutjes.
Maar die zijn bekend en kunnen dus in de boodschap gestuurd worden.
De processor van de ontvanger kan nu, samen met de gecorrigeerde tijd, een nauwkeurige positie van de satelliet berekenen.
Op elk gewenst tijdstip.