DGPS (Differential)

Voor de gewone scheepvaart is GPS meer dan voldoende nauwkeurig.
Maar er zijn natuurlijk takken van scheepvaart (om over militaire doeleinden nog maar te zwijgen) waar een grote(re) nauwkeurigheid zeer belangrijk is.
- Plaatsen van boeien.
- Plaatsen van platforms en hun afsluiters/pijpleidingen etc.
- Baggerwerkzaamheden.
- Surveywerkzaamheden.
- Kabels leggen.

Al die fouten en correcties kun je in één keer naar de ontvanger sturen.


Op een walstation bepaal je met 100% nauwkeurigheid waar de ontvangstantenne staat.
Die vergelijk je met wat de satelliet bepaald heeft.
Het verschil daartussen maak je een correctie van en de combinatie van de positie met correctie stuur je naar de ontvanger.
Óf de ontvanger berekent zelf zijn eigen positie via de sat en corrigeert die met de verkregen DGPS correctie.

Dat laatste komt het meeste voor omdat het DGPS signaal vanaf de wal (soms vanaf platforms) verzonden wordt en dus een beperkt bereik heeft. (100 - 300NM)
Mocht je buiten bereik raken dan heb je nog altijd het gewone GPS signaal.
Hoe dichter bij de bron van het signaal hoe beter de R95.
Als grens wordt wel eens 120 NM aangehouden voor een R95 >10m.
Dat is voor sommige werkzaamheden al niet nauwkeurig genoeg.


Noot:
Dat correctiesignaal wordt op een internationaal afgesproken bepaalde frequentie uitgezonden.
Uiteraard moeten de Amerikanen het weer anders doen, en daar wordt het DGPS signaal op een andere frequentie uitgezonden.
Met een extra ontvangertje in de antennekabel is dit echter eenvoudig op te lossen.


Hoe de correcties precies bepaald worden laten we hier even buiten beschouwing.
Dat is meer HBO stof.

De fouten waar DGPS correcties voor "maakt" zijn:
- Klokfouten

- Afwijkingen in de positie van de satellieten
- Afwijkingen in de route van desatellietbanen
- Storingen die ontstaan in de ionosfeer. (Afbuigingen).