Viscositeit met Brooke

Viscositeit, ook bekend als stroperigheid, traagvloeibaarheid of dikvloeibaarheid, is een fysische materiaaleigenschap van een vloeistof of van een gas.

Zo is water een voorbeeld van een vloeistof met een lage viscositeit, honing een voorbeeld van een vloeistof met een hoge viscositeit. Vloeistoffen met een hoge viscositeit worden viskeus genoemd.

Viscositeit is een eigenschap die wordt omschreven als de kracht, die uitgeoefend wordt op een vloeistof in evenwijdige richting (afschuifspanning) in relatie met de snelheid in die richting (afschuifsnelheid).

In de meeste gevallen heb je te maken met dynamische viscositeit. Dit is de kracht die nodig is om de vloeistof in een bepaalde tijd een bepaalde afstand te laten leggen en kan gebruikt worden om bijvoorbeeld de smeerdikte te berekenen. De dynamische viscositeit wordt meestal gemeten met een roterende viscositeitsmeter en uitgedrukt in de eenheid Pascal-seconde (Pa’s).

De kinematische viscositeit is dynamische viscositeit die gedeeld wordt door dichtheid kg/m3 en wordt meestal uitgedrukt in m2/s (of centiStokes cSt). Een veel gebruikte manier om de kinematische viscositeit te meten is met behulp van een uitloopbeker.

Naast uitloopbekers en roterende viscositeitsmeters zijn er nog een aantal andere soorten in dit practicum gebruiken jullie er 2.

Benodigdheden

Wat is er nodig?

o    Brooke viscositeitsmeter

o    Spindel (grootste formaat) (zie foto)

o    Glycerol oplossing (200ml Glycerol; 50 ml water) 80%

o    Glycerol oplossing (150 ml Glycerol; 100 ml water) 60%

o    Glycerol oplossing (100 ml Glycerol; 150 ml water) 40%

o    Ijsbad

o    Warm water bad

 

Werkwijze

Gebruik de vloeistof elke keer opnieuw voor een nieuwe meting!! (dus niet weggooien als iemand er nog mee kan meten)

Voorbereiding van het apparaat

  1. Zorg dat de viscositeitsmeter waterpas staat.
  2. Als er en spindel aan de meter zit, haal deze eraf.
  3. Zet de meter aan. Druk op een knop zodat de viscositeitsmeter een 'autozero' correctie kan uitvoeren.
  4. Zet nu de juiste spindel (nr 2) aan de meter. Zorg ook dat de meter deze herkend. In het schermpje moet S02 staan.
    als deze niet op S02 staat selecteer je met de knop select spindle en met de pijl omhoog en omlaag kun je de juiste spindeel selecteren, als je deze wil bevestigen druk je daarna weer op select spindle.
  5. Zorg dat de eenheid waarin gemeten wordt op mPa.s staat. Nu kun je beginnen met meten.

gebruik alleen deze spindel (grootste formaat)!

Meting uitvoeren

1.      Laat de spindel in de vloeistof zakken.

2.       Zorg ervoor dat de spindel niet de randen van het bekerglas kan raken en zorg ervoor dat de spindel de bodem niet kan raken

3.       Laat de meting even verlopen zodat de mPas kan stabiliseren

4.       Tussen de 30-60 seconden lees je de mPas af.

5.       Meet de vloeistoffen bij verschillende temperaturen. (bij 0 °C, bij 21 °C en bij 50 °C)

Uitwerking

Bepaal wat de invloed is van de temperatuur op de te meten vloeistoffen door de gemeten waarden in een grafiek te zetten.

Afval

De gebruikte vloeistoffen mogen door de gootsteen maar spoel wel goed na.