leerdoelen:
- de leerling weet aan het einde van deze paragraaf wat het verschil is tussen biotische en abiotische factoren en kan deze verschillen toepassen op voorbeelden.
- de leerling snap hoe dieren met elkaar samen leven en kan de begrippen concurentie en symbiose omschrijven en herkennen in de praktijk.
-de leerling weet wat een leefomgeving is en kan verschillende leefomgeving benoemen.
In Nederland kennen we vele mooie natuurgebieden, hierbij kan je denken aan: duinen, meren, weilanden, bossen en heien. In al deze natuurgebieden zie je verschillende planten en dieren. Voor deze organismes is dit natuurgebied zijn leefomgeving.
de leefomgeving is erg belangrijk voor het organisme en dus moeten verschillende factoren kloppen om daar te kunnen overleven. Je zult waarschijnlijk geen wolf in de duinen van Zandvoort tegenkomen. Dat komt omdat wolven bepaalde factoren nodig hebben om te overleven. Het zijn echte predators en dat wilt zeggen dat ze andere dieren opjagen en opeten. De wolf heeft voor het jagen veel beplanting nodig zodat hij niet opvalt en in de duinen is dit erg weinig aanwezig. dit is een van de factoren waardoor een wolf niet in de duinen kan overleven.
In de biologie zijn er twee verschillende soorten factoren namelijk biotische factoren en abiotische factoren. deze twee factoren bepalen of een organisme wel of niet in een bepaalde leefomgeving voor kan komen. In de kennisclip hieronder leg ik uit wat de verschillen tussen deze twee factoren zijn.
Wolven. (2022). WUR. Geraadpleegd op 1 maart 2022, van https://www.wur.nl/nl/Dossiers/dossier/Wolven-1.htm
in een leefomgeving leven vele dieren en planten met elkaar samen. Deze dieren kunnen op verschillende manieren met elkaar te maken krijgen:
Wikipedia-bijdragers. (2022, 31 januari). Symbiose. Wikipedia. Geraadpleegd op 1 maart 2022, van https://nl.wikipedia.org/wiki/Symbiose