Veiligheid straling

Straling
Bij laswerkzaamheden wordt de lasser aan een aantal soorten straling blootgesteld.
-Zichtbaar licht: Door de teveel aan zichtbaar fel licht treedt al vrij snel verblinding en vermoeiing op.
-Infraroodstraling: Deze straling is schadelijk voor de ogen door het indrogen van het traanvocht. Deze straling kan op der duur staar veroorzaken.
-Ultraviolette straling (UV straling): De boog zendt deze straling in grotere hoeveelheden uit dan de zon. Deze straling geeft verbranding van de huid en van het hoornvlies van de ogen. Dit verschijnsel staat bekend als lasogen. De lasser krijgt pijnlijke en rood ontstoken ogen en een hinderlijke gevoel alsof er zand in zit.

Maatregelen
In de eerste plaats moet de lasser zijn lichaam bedekken tegen de straling. Dat betekent dat hij zijn gezicht moet beschermen met een laskap, zijn hals en armen met een goede brandvertragende overall en zijn hanen door het dragen van lashandschoenen. Straling kan ook indirect veroorzaakt worden door reflectie. Daarom is de kleur van de werkplaatwanden van belang om terugkaatsing van de straling tegen te gaan moeten de wnaden van de werkplaats of lascabine geschilderd worden met een niet-reflecterende of stralingsorberende verf.