Een prisma is een figuur dat twee gelijke en evenwijdige vlakken heeft en een aantal andere vlakken. Hoeveel andere vlakken dat zijn maakt bij een prisma niet uit. Een kubus of een balk wordt in de wiskunde ook als prisma gezien, maar het kan dus ook andere vormen hebben. Op het plaatje hieronder zie je verschillende voorbeelden van prisma’s.
Een prisma bestaat uit een grondvlak en een bovenvlak die exact dezelfde vorm hebben en evenveel hoeken hebben. Tussen deze grondvlakken zijn de hoekpunten verbonden met evenwijdige ribben. Wij hebben nu over prisma’s met een grond- en bovenvlak in de vorm van een regelmatig veelhoek.
Oppervlakte van een prisma berekenen:
De oppervlakte van een prisma kun je berekenen door de oppervlakken van de vlakken bij elkaar op te tellen. Dus oppervlakte = 2 x grondvlak + som van de oppervlakte van de zijkanten.
De formule kun je anders schrijven:
Aprisma = 2 x Agrondvlak + n x Azijvlakken
Hier is A = oppervlakte en n = aantal zijvlakken
Inhoud van een prisma berekenen:
De inhoud van een prisma bereken je door de oppervlakte van het grondvlak te vermenigvuldigen met de hoogte. In formule vorm is dat:
V = Agrondvlak x h
We kunnen verschillende soorten grondvlakken hebben zoals een driehoek, vierhoek, vijfhoek, zeshoek en zo gaat het door. Wij hebben het nu over prisma’s met een grond- en bovenvlak in de vorm van een regelmatig veelhoek.