Inleiding:
Deze les is het de bedoeling dat jullie jezelf gaan verdiepen in het dier dat jullie tijdens de vorige les hebben gekozen. Zo gaan jullie bijvoorbeeld onderzoeken welke kenmerken bij het dier horen, in welke natuurlijke omgeving het dier leeft en wat voor soort voedsel het dier krijgt.
Omdat jullie de sloot af en toe moeten opzoeken om proefjes te doen of om organismen te bestuderen is het van belang dat de sloot in de buurt van school is.
Denk aan de sloot in het park, bij aan de Noorderdreef en of aan de overkant van de Noorderdreef? De loopafstand mag hooguit 3 minuten zijn!
Geef je locatie en tel.nr. door aan je coach. Zij moeten ten alle tijden kunnen weten waar jullie zijn.
Als jullie tijd tekort hebben, zal de tijdsbewaker een moment inplannen waarop jullie verder aan het verslag zullen werken. Het werkstuk moet in dit geval bij binnenkomst van derde Blox worden ingeleverd via Egodact.
Let op! Jullie delen het werkstuk ook naar elkaar, want tijdens les 3 worden 3 afzonderlijke leerlingen aangewezen die kort vertellen welke informatie ze als groep allemaal over het dier hebben gevonden. Je moet dus goed op de hoogte zijn van de informatie in het verslag.
Benodigdheden:
- schepnet
- witte bak/emmer
- vijf kleine potjes
- pen en papier
- mobiel
- determinatiekaart waterplanten
- determinatiekaart waterdiertjes
Terug op school ga je met je groepje uitzoeken welke dieren je nu allemaal hebt gezien en gevangen. Maak hier een lijst van. Zet direct achter elk dier uit welke afdeling het dier afkomstig is.
Voorbeeld:
Meerkoet, gewervelde, (water)vogel
Posthoornslak, weekdier
Doe dit nu ook voor de planten.
Voorbeeld:
Lisdodde, zaadplant
Kranswier, sporenplant