Schatten in je eigen omgeving en in de wereld.
Vaak is het handig om getallen zoals hoeveelheden en afstanden in je eigen omgeving te schatten.
Hoe pak je dat aan?
Je vergelijkt het getal wat je moet schatten met iets kleiners wat je wel weet.
Stel, je krijgt de vraag hoe lang jij doet over het wandelen van .
Je test hoe lang je wandelt over . Dat is bijvoorbeeld
. Na
ben je vast nog niet moe, dus je schat dat je er
en dat is ongeveer
over doet.
Je vergelijkt het met een getal wat er onder en een getal wat erboven ligt.
Je krijgt bijvoorbeeld de vraag hoe oud de gemiddelde Nederlander is.
De oudste Nederlander is jaar oud (2023). De jongste is net geboren, dus
jaar oud.
Een acceptabele schatting zou dus jaar oud zijn.
In werkelijkheid is dat trouwens jaar. Er zijn dus in werkelijkheid minder hele oude mensen.
Je vergelijkt het getal wat je moet schatten met één of meer dingen die je al weet.
Stel je krijgt de vraag: ‘Hoeveel inwoners heeft Zuid-Holland ongeveer?’
Je weet dat Nederland bijna inwoners heeft.
Je weet ook dat er provincies zijn en dat Zuid-Holland en dat Zuid-Holland één van de meest dichtstbevolkte provincies is.
Het is dus minimaal inwoners (
gedeeld door
).
Omdat het een dichtbevolkte provincie is schat je .
In werkelijkheid is het .