(Bron: afbeelding 2)
VRAAG 3
(4p) Bespreek drie aspecten van de vormgeving van Michelangelo’s piëta die beantwoorden aan het schoonheidsideaal van de renaissance. Geef daarna aan welke spirituele betekenis dit schoonheidsideaal had.
ANTWOORD VRAAG 3
maximumscore 4
schoonheidsideaal (drie van de volgende): 3
− Het ideaal van de klassieke schoonheid is terug te zien in de
geïdealiseerde gezichten en lichamen in goede proporties en/of in
de juiste anatomie.
− Maria is leeftijdloos weergegeven (in feite te jong voor een moeder
van een volwassen zoon): de werkelijkheid is ondergeschikt
gemaakt aan het ideaalbeeld.
− Het gave lichaam van Christus draagt nauwelijks sporen van lijden
of doodsstrijd, dus hier is ook sprake van idealisering.
− Evenwicht en/of harmonie wordt verkregen door Christus in
verhouding kleiner te maken, zodat een rustige driehoekcompositie ontstaat, of: Christus ligt zó in Maria’s schoot dat een evenwichtige/harmonische (driehoek) compositie ontstaat.
− De vormgeving van de draperieën is overtuigend plastisch.
− De volmaakte schoonheid wordt verhoogd door de verfijnde,
gedetailleerde uitvoering en/of door het glanzend gepolijste
marmer.
spirituele betekenis: 1
Een kunstwerk met goede proporties en zichtbare (klassieke) schoonheid weerspiegelt de goddelijke perfectie.