VRAAG 3

Afbeelding 2 :De Pietà van Michelangelo 1499

(Bron: afbeelding 2)

 

VRAAG 3
(4p) Bespreek drie aspecten van de vormgeving van Michelangelo’s piëta die beantwoorden aan het schoonheidsideaal van de renaissance. Geef daarna aan welke spirituele betekenis dit schoonheidsideaal had.

 

ANTWOORD VRAAG 3

maximumscore 4

schoonheidsideaal (drie van de volgende): 3

−  Het ideaal van de klassieke schoonheid is terug te zien in de

geïdealiseerde gezichten en lichamen in goede proporties en/of in

de juiste anatomie.

−  Maria is leeftijdloos weergegeven (in feite te jong voor een moeder

van een volwassen zoon): de werkelijkheid is ondergeschikt

gemaakt aan het ideaalbeeld.

−  Het gave lichaam van Christus draagt nauwelijks sporen van lijden

of doodsstrijd, dus hier is ook sprake van idealisering.

−  Evenwicht en/of harmonie wordt verkregen door Christus in

verhouding kleiner te maken, zodat een rustige driehoekcompositie ontstaat, of: Christus ligt zó in Maria’s schoot dat een evenwichtige/harmonische (driehoek) compositie ontstaat.

−  De vormgeving van de draperieën is overtuigend plastisch.

−  De volmaakte schoonheid wordt verhoogd door de verfijnde,

gedetailleerde uitvoering en/of door het glanzend gepolijste

marmer.

spirituele betekenis: 1

 

Een kunstwerk met goede proporties en zichtbare (klassieke) schoonheid weerspiegelt de goddelijke perfectie.