VRAAG 2

Afbeelding 2: De Pietà van Michelangelo 1499

Tekst 2

In 1498 kreeg Michelangelo opdracht om een beeldhouwwerk te maken voor een Franse kardinaal, tevens ambassadeur van de Franse koning aan het pauselijk hof. Het werk was bedoeld voor het graf van de kardinaal in de Sint Pieterskerk in Rome.

Jacopo Galli, een bevriend bankier en kunstverzamelaar uit Florence, stelde het contract op: “Het beeld moet een geklede Mariafiguur voorstellen met de dode Christus in haar armen, het geheel op levensgroot formaat”. Het werk moest in een jaar worden voltooid en moest “het mooiste marmeren beeld van Rome worden, niet te overtreffen door enig andere beeldhouwer”.

Michelangelo zou er 450 gouden pauselijke dukaten voor krijgen.

(Bronnen: afbeelding 2, tekst 2)


In de renaissance worden piëta’s op een geheel andere manier voorgesteld.
Op afbeelding 2 zie je Michelangelo’s marmeren piëta uit 1499. Michelangelo,
die toen pas 24 jaar oud was, stond in Florence bekend als een getalenteerd en
veelbelovend kunstenaar.
De opdrachtgever koos met opzet dit onderwerp en deze kunstenaar.

 

VRAAG 2
(2p)  Leg uit waarom hij een piëta als onderwerp koos.
Geef vervolgens aan waarom hij de opdracht aan een veelbelovend kunstenaar gaf.

 

ANTWOORD VRAAG 2

  1. maximumscore 2

    De antwoorden moeten de volgende strekking hebben:

 

 

De kardinaal kiest een getalenteerd en/of veelbelovend kunstenaar omdat hij dan, als iemand met oog voor kwaliteit, ‘het mooiste beeld van Rome’ kan laten scheppen.
Als de kunstenaar inderdaad beroemd wordt, draagt die roem bij aan het aanzien van de kardinaal als kunstlievend mecenas.