Argumenten gebruik jij om je mening te onderbouwen. Vaak gebruik je argumenten in een debat, of als je iemand probeert te overtuigen of activeren. Bij jullie examen spreken en gesprekken krijgen jullie een stelling en een standpunt, waarbij jullie argumenten moeten bedenken. Daarna geeft jouw tegenstander een tegenargument, die jij moet weerleggen.
"Huh?! Wacht? Wat betekenen al die woorden?" Geen zorgen, in dit onderdeel vind je de uitleg!
Leerdoelen:
Aan het eind van dit onderdeel kan je:
- uitleggen wat de begrippen "Stelling"," Standpunt", "Argument", "Tegenargument" en "Weerlegging" betekenen aan een andere student.
- een standpunt over bij een stelling geven.
- een argument bedenken om je standpunt te onderbouwen.
- een tegenargument weerleggen.