Beoordeling

Je werkschrift, ook wel reisverslag, en task 5 zullen worden beoordeeld door jullie docent en klasgenoten. Je klasgenoten zullen onderstaand beoordelingsformulier gebruiken en zullen je een totaal aantal punten geven. De leraar zal op basis van dit formulier je een ook een cijfer geven.

Van deze twee beoordelingen zal dan een gemiddelde genomen worden.

 

Beginner

(0-5 punten)

Kenner

(6-10 punten)

Expert

(11 punten)

Task 1

 

Minder dan 4 van de onderstaande punten zijn aanwezig

  • De vragen zijn goed beantwoord
  • De afstanden van de zon tot de planeten kloppen
  • de straal van de planeten kloppen
  • de planeten zijn rond
  • de planeten zijn gekleurd.
  • Er staan 3 informatieve regels per planeet.

 

Vier van de onderstaande punten zijn aanwezig

  • De vragen zijn goed beantwoord
  • De afstanden van de zon tot de planeten kloppen
  • de straal van de planeten kloppen
  • de planeten zijn rond
  • de planeten zijn gekleurd.
  • Er staan 3 informatieve regels per planeet.

Alle onderstaande punten zijn aanwezig

  • De vragen zijn goed beantwoord
  • De afstanden van de zon tot de planeten kloppen
  • de straal van de planeten kloppen
  • de planeten zijn rond
  • de planeten zijn gekleurd.
  • Er staan 3 informatieve regels per planeet.

 

Task 2, 3, 4

  • slecht gewerkt.
  • de vragen en opdrachten zijn niet of half gemaakt. 

 

  • wisselend gewerkt. 
  • De vragen en opdrachten zijn snel gemaakt met weinig diepgang

 

  • hard gewerkt.
  • De vragen en opdrachten zijn goed uitgevoerd.

 

Task 5

  • Er is een slechte omschrijving van de planeet.
  • De planeet heeft geen uitnodigende uitstraling.

 

  • Er is een matige omschrijving van de planeet.
  • De planeet heeft een prima uiterlijk maar nodigt niet uit tot verder bestuderen.

 

  • Er is een goede omschrijving van de planeet.
  • De planeet is erg mooi en nodigt echt uit tot meer te weten komen over de planeet

 

Samenwerking

  • Onduidelijk was, wie wat zou gaan doen.
  • Er zijn geen afspraken gemaakt wanneer iets klaar moest zijn.
  • Overleg was er nauwelijks of jullie konden het maar niet eens worden

 

  • De taken konden beter verdeeld zijn. Nu waren er kinderen die meer deden dan de andere groepsleden.
  • De afspraken over wie wat klaar moest hebben, waren onduidelijk.
  • Het overleg binnen het team had beter gekund
  • De taken waren goed verdeeld.
  • Er was goed afgesproken wie wat en wanneer klaar zou hebben.
  • Er werd op tijd en goed met elkaar overlegd.

 

  • De taken waren goed verdeeld.
  • Er was goed afgesproken wie wat en wanneer klaar zou hebben.
  • Er werd op tijd en goed met elkaar overlegd.

 

Algemene indruk

  • Slecht
  • Redelijk
  • Goed