Om beter te begrijpen hoe water door kan dringen en waarom het op de ene plek anders is dan op de andere plek qua verzilting, moet je wat beter begrijpen hoe onze bodem eruit ziet.
Bekijk het onderstaande fimpje tot 07.09m.
https://www.youtube.com/watch?v=SlmxBQ-7eBc
Je hebt nu gezien dat er langs de kust verschillende bodemsoorten voorkomen.
De Haarlemmermeerpolder (de naam zegt het al een beetje) is een droogmakerij. Vroeger was dit dus een meer (het meer van Haarlem).
Bodemsoorten:
- Klei: hele kleine korreltjes. Eigenschappen: laat water niet zo goed door, erg vruchtbaar door grote hoeveelheid mineralen.
- Zand: grotere korrels dan klein. Eigenschappen: laat water goed door, minder vruchtbaar dan klei door mindere hoeveelheid mineralen.
- Veen: ontstaan uit plantenresten. Eigenschappen: houdt heel veel water vast (voelt als een spons), klinkt in (zakt in elkaar) als je het water eruit haalt door bijvoobeeld sloten aan te leggen.
Vroeger was de gemeente Haarlemmermeer een groot meer. Nu gebruiken we het om te wonen en te werken.
Fun fact: Schiphol dankt zijn naam de plek waar het ligt: vroeger was dit de "scheepshel" (de rechter-bovenhoek van het meer) als er een flinke zuidwestenwind stond en de schepen (toen nog met zeilen) daar strandde.