•Na verkiezingen wordt een regering gevormd. Bij de verkiezingen worden verschillende politici gekozen ze gaan namens ons besluiten nemen en wetten maken. In onze democratie is nooit een partij alleen aan de macht. Er wordt een coalitie gemaakt.
•Een coalitie is een samenwerking tussen politieke partijen in regering en bestuur. De coalitie bestuurt uiteindelijk!
*En de partijen die niet in de rgering zitten noem je de oppositie.
-Hier onder zie je de hoeveelheid zetels die je nodig hebt voor een coalitie. Er zijn 150 zetels en je moet de meerderheid vormen om een coalitie te vormen en te kunnen regeren. Hier onder zie je een afbeelding waar alle partijen worden laten zien die in de coalitie zitten en uiteindelijk samen de meerderheid hebben gevormd.
Belangerijke begrippen:
•De regering bestaat uit de Koning en de ministers. Een minister is een persoon die politiek verantwoordelijk is voor een bepaald onderdeel, zoals onderwijs, de economie of gezondheidszorg.
•Het Kabinet bestaat uit ministers en staatssecretarissen. Een staatssecretaris is een soort onderminister. Deze helpt de minister. Het kabinet maakt wetten en voert het overheidsbeleid uit.
•Als partijen willen samenwerken en het eens zijn over het vormen van een regering, schrijven ze op wat hun doelen zijn voor de komende jaren. Dit heet een regeerakkoord.
Hoe werkt de tweede kamer:
Hoe werkt de eerste kamer:
De Nederlandse regering wordt gevormd door de koning en de ministers. De koning is het staatshoofd, maar heeft voornamelijk ceremoniële taken. De ministers zijn verantwoordelijk voor het dagelijkse bestuur van het land en worden benoemd door de koning op voordracht van de formateur. Een minister is een persoon die politiek verantwoordelijk is voor een bepaald onderdeel, zoals onderwijs, de economie of gezondheidszorg.
*Als partijen willen samenwerken en het eens zijn over het vormen van een regering, schrijven ze op wat hun doelen zijn voor de komende jaren. Dit heet een regeerakkoord.
*De koning heeft niet echt macht, ciremoniële taken zijn taken die gericht zijn op bijvoorbeeld de binnenkomst van prinsjesdag en koningsdag.