Briefconventies hebben een bepaalde volgorde:
A: Gegevens afzender: hier laat je zien waar de brief vandaan komt.
B: Gegeven geadresseerde: hier laat je zien waar en naar wie de brief moet gaan.
C: Plaats en datum: de plaats en datum waar en wanneer je de brief geschreven hebt.
D: Onderwerp: wat het onderwerp van de brief betreft.
E: Aanhef: opening brief
F: Inleiding: aanleiding brief
G: Middenstuk: informatie die je moet geven
H: Slot: geef geen nieuwe informatie en kom terug op het doel van schrijven.