Ontleden met een wed.vnw in de zin

Als je gaat ontleden en er zit een wed.vnw in de zin. Dan is het belangrijk dat je als eerste bepaalt of het een verplicht of toevallig wed.vnw is. Hoe je dit verschil ziet wordt hier uitgelegd.

Verplicht ww?


Het wed.vnw hoort bij het werkwoordelijk gezegde. Je schrijft dus alle werkwoorden uit de zin + het wed.vnw op.

'De keeper verkeek zich op een zacht schot van de nummer negen.'

Je kan een niet een ander verkijken, het is dus een verplicht wederkerend werkwoord. Het wed.vnw hoort bij het gezegde.

wg = verkeek zich
________________________________________________________________________________

Toevallig ww?
Het wed.vnw hoort niet bij het werkwoordelijk gezegde. Je schrijft enkel de werkwoorden uit de zin op. Het wed.vnw is een lijdend voorwerp (lv).

'Hij wast zichzelf dagelijks.'

Je kan een ander wassen, het is dus een toevallig wederkerend werkwoord. Het wed.vnw is hier dus het lijdend voorwerp.

wg = wast
lv = zichzelf
________________________________________________________________________________

Voorbeeld:

'Voor en na de wedstrijd hebben de supporters zich in Rome ernstig misdragen.'

Het werkwoord is een verplicht wederkerend werkwoord. Je kan namelijk niet iemand anders misdragen.

Het wed.vnw hoort dus bij het werkwoordelijk gezegde (wg).

WG = hebben zich misdragen                 (alle werkwoorden uit de zin + verplicht wed.vnw)
OW = de supporters                                (Wie/wat + wg?)
LV = x                                                      (Geen LV, want het is een verplicht wed.vnw)

________________________________________________________________________________
Vind je ontleden in het algemeen nog lastig? Bekijk de uitleg over ontleden per zinsdeel hier: https://leeronlinenederlands.nl/grammatica/zinsdelen/. Je kan op deze site ook extra oefenen met ontleden.
________________________________________________________________________________

Maak de onderstaande opdracht: