Voordat je aan de eindopdracht kan beginnen vraag je om feedback op de opdrachten 1 -16 aan mevrouw van der Reijden!
Migratiestromen uit het verleden
Migratiestromen zijn van alle tijden. De eerste mensen uit de geschiedenis hadden niet eens een vaste woonplaats. De jagers en verzamelaars waren namelijk nomaden (rondtrekkend volk). Deze groepen bewogen mee met de natuur. Zij volgden de dieren die emigreerde met de seizoensveranderingen en zodra het eten op was trokken de jagers en verzamelaars ook weer verder. Zij bleven wel binnen een bepaald gebied! Zij trokken dus niet helemaal mee terug naar Afrika, maar bleven bijvoorbeeld binnen het gebied wat wij nu Nederland noemen. Deze mensen waren dus voortdurend 'on the move'.
Maar de tijden veranderden en zo kwam de landbouwrevolutie en was het voor men niet meer nodig om zich rond te bewegen, zij woonden nu op een vaste plek. Dat betekent niet dat migratie niet meer terug te zien is in de geschiedenisboeken. Integendeel zelfs! We zien door de gehele geschiedenis heen voortdurend migratiestromen; van de ‘Grote Volksverhuizing’ in de 4e en 6e eeuw waar vele Germaanse stammen het West-Romeinse Rijk binnen vielen, tot de migratiestroom van Joegoslavische vluchtelingen in de jaren ’90. De redenen voor migratie waren zeer divers.
Hoe zat dat in Nederland?
In Nederland hebben wij ook vele migratiestromen gekend. Jij gaat nu zelf op onderzoek uit.
Ga naar deze website: https://vijfeeuwenmigratie.nl/
Op deze website zie jij een wereldkaart met verschillende mogelijke filters (die staan er boven) waarmee jij de verschillende redenen voor migratie kan weergeven. Het is belangrijk dat je weet dat dit gericht is op migratie naar Nederland toe!
Stap 1. Zoek een lege wereldkaart op en print deze twee keer uit (Nederland moet goed zichtbaar zijn).
Stap 2. Je kiest twee tijdperken uit die jij interessant vindt om met elkaar te vergelijken.
Stap 3. Je tekent op jouw kaart met verschillende kleuren (dus één kleur per migratie reden) de migratiestromen uit dat tijdperk.
Stap 4. Leg deze twee kaarten nu naast elkaar en beschrijf in 100 woorden wat jou opvalt.
Stap 5. Daarnaast kies je één migratiestroom waar je meer over wilt weten, daar bedenk jij een onderzoeksvraag bij (wie, wat, wanneer, waarom en hoe zijn onderdelen die in een onderzoeksvraag terug moeten komen). En in 150 woorden beschrijf jij de uitkomsten van dit onderzoek.
Ben je klaar met de eindopdracht? Dan zet je het in Seesaw en Egodact en stuur je mevrouw Scheringa een berichtje voor feedback.