Je gaat nu zelf nadenken over wie jij bent of wilt zijn als (peer-)assessor / begeleider. Hiervan maak je een uitwerking. Hoe je dit doet mag je zelf weten. De docent zorgt voor stiften en papier. Je zou bijvoorbeeld een mindmap kunnen maken, of een poster(tje). Het mag ook een (kort) verslag zijn.
Zorg ervoor dat uit je uitwerking in ieder geval het antwoord op onderstaande vragen terug te vinden is.
- Welke persoonlijke eigenschappen zet je in als (peer-)assessor / begeleider?
- Wat wil je bereiken als (peer-)assessor / begeleider?
- Wat zijn voor jou belangrijke aspecten om op te letten tijdens het beoordelen?
- Wat zijn voor jou belangrijke aspecten om op te letten tijdens het begeleiden?
- Welk gevoel wil je dat de persoon heeft na jouw beoordeling / begeleiding?
- Hoe zorg je ervoor dat die persoon dat gevoel heeft?
Voor deze opdracht krijg je ongeveer 30 minuten de tijd. De docent loopt rond, denkt mee en gaat tijdens het werken in gesprek met verschillende studenten over de te verwerken vragen.