Je netwerk onderzoeken

De loopbaancompetentie ‘netwerken’ gaat over contacten opbouwen en onderhouden die je helpen in je loopbaan. Deze contacten gebruik je bijvoorbeeld om op de hoogte te blijven van ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en welke mogelijkheden er allemaal zijn. Je kunt je contacten uit je netwerk ook gebruiken om daadwerkelijk een nieuwe baan te vinden. Het blijkt dat je de meeste kans hebt om een nieuwe baan te vinden, wanneer contacten uit je netwerk je hierbij helpen.

Mijn netwerk

Iedereen heeft een netwerk om zich heen. Dit zijn de mensen die je kent: familieleden, vrienden, kennissen etc. Deze mensen kennen jou goed en kunnen jou helpen bij het ontdekken van je kwaliteiten, valkuilen etc. Je netwerk is dan ook erg belangrijk bij het maken van keuzes. In deze opdracht ga je individueel je eigen netwerk in kaart brengen. Zo krijg je een duidelijk overzicht van je netwerk en optioneel ook die van je klasgenoten.

Stap voor stap

1. Schrijf voor jezelf op wie je kenissen, vrienden en familieleden zijn waar je contact mee hebt. Schrijf bij iedereen zijn of haar beroep en opleiding op.

2, Je weet misschien niet alles. Vraag daarom aan je netwerk welk beroep zij hebben en wat voor opleiding zij hebben gedaan. Vul zo je lijst aan.

3. Werk nu je netwerk uit. Zie het als een uitgebreide stamboom: geef per persoon het volgende aan: naam, beroep, opleiding en hoe je ze kent.

4. Optioneel: wissel je netwerk uit met klasgenoten en maak er één groot netwerk van. Dit kan handig zijn als je bijvoorbeeld iemand wilt interviewen!

Jij op het internet

Online kun je veel vinden. Het is daarom voor werkgevers steeds gebruikelijker om iemand op google op te zoeken als die persoon op gesprek komt voor een mogelijke baan (ook van een bijbaantje!). Het zelfde geldt voor een stage of andere soorten werk. Hoe sta jij online? Je gaat individueel zoeken wat er online over jou te vinden is en waar wenselijk en mogelijk daar verandering in aan brengen. Zo kom je online bekend te staan zoals je wilt.

Stap voor stap

1. Ga naar www.google.nl en zoek je eigen voor- en achternaam. Ben je online te vinden? Wat kun je allemaal van jou vinden?

2. Denk nu vanuit een je docent, stagebegeleider of toekomstige werkgever: wat zou hij niet van jou willen zien? en wat juist wel?

3. Onderneem als dat nodig is actie: pas de privé settings van social media aan, verwijder oude dingen of vraag iemand dit te doen etc.

4. Optioneel: wil je juist wel dat mensen bijvoorbeeld gemaakt werk van jou vinden (portfolio)? Bedenk dan hoe je dit online zichtbaar kunt maken.